Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Vidéo
00:53
The donkey is a bit confused. What does he think the monkey has got in his hand?
Slide 2 - Question ouverte
Why Read?
Slide 3 - Diapositive
Why do you think teens should read?
A
Because they have to
B
Because it makes them smarter
C
Because it is a sort of punishment
D
They should never have to read!!!!!!!!!
Slide 4 - Quiz
Welke voordelen zitten er nog maar aan lezen?
Slide 5 - Carte mentale
Wat kan moeilijk zijn aan lezen in het Engels?
Slide 6 - Carte mentale
Lezen = nieuwe woorden leren!
Slide 7 - Diapositive
What to do if you don't know words in a text?
Slide 8 - Diapositive
Wat doe je als je een woord niet kent?
Kijk naar de zin waar het woord in staat. Waar gaat het over? Zijn er aanwijzingen die jou kunnen helpen de betekenis te raden? Kijk ook naar plaatjes bij een tekst!
Is het een werkwoord, zelf. naamwoord, een bijvoeglijk naamwoord, enz.
Lijkt het op een woord in het Nederlands, Duits of Frans
Gebruik alleen een woordenboek als je er echt niet uitkomt.
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Wat doe je als je een woord niet kent?
Kijk naar de zin waar het woord in staat. Waar gaat het over? Zijn er aanwijzingen die jou kunnen helpen de betekenis te raden? Kijk ook naar plaatjes bij een tekst!
Is het een werkwoord, zelf. naamwoord, een bijvoeglijk naamwoord, enz.
Lijkt het op een woord in het Nederlands, Duits of Frans
Gebruik alleen een woordenboek als je er echt niet uitkomt.
Slide 11 - Diapositive
welk woordsoort is het woord 'slugs'?
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
bijwoord
Slide 12 - Quiz
welk woordsoort is het woord 'harm'?
A
werkwoord
B
zelfstandig naamwoord
C
bijvoeglijk naamwoord
D
bijwoord
Slide 13 - Quiz
Wat betekent het woordje 'slugs'?
Slide 14 - Question ouverte
Wat betekent het woordje 'harm'?
Slide 15 - Question ouverte
Welk advies wordt gegeven?
Slide 16 - Question ouverte
Waarom wordt dat advies gegeven?
Slide 17 - Diapositive
Wat zou 'beastly' hier kunnen betekenen?
A
beestachtig
B
kwaadaardig
C
smerig
D
hongerig
Slide 18 - Quiz
Moest je perse de betekenis weten van het woordje 'beastly' om het verhaaltje te begrijpen?
A
ja
B
nee
Slide 19 - Quiz
Wat doe je als je een woord niet kent?
Kijk naar de zin waar het woord in staat. Waar gaat het over? Zijn er aanwijzingen die jou kunnen helpen de betekenis te raden? Kijk ook naar plaatjes bij een tekst!
Is het een werkwoord, zelf. naamwoord, een bijvoeglijk naamwoord, enz.
Lijkt het op een woord in het Nederlands, Duits of Frans?
Gebruik alleen een woordenboek als je er echt niet uitkomt.
Slide 20 - Diapositive
Op welk nederlands woord lijkt het onderstreepte woord?