- maten/temperatuur/gewicht/bedragen en percentages
- tijdstippen/data/jaartallen
- hoofdstukken paragrafen/groepen
- leeftijden
Slide 23 - Diapositive
Wat is goed en wat is fout?
Sleep naar de juiste kolom.
Goed
Fout
vijf kinderen
twee november
5 kinderen
2 november
4 mavo
Vier mavo
Slide 24 - Question de remorquage
Huiswerk
Je hebt af:
- alle oefeningen van algemene spelling uit je gele boekje (A, C en E)
PLUS
- de opdrachten in de studiewijzer (algemene spelling, alle oefeningen: opdracht B en D. Deze staan niet in je boekje en maak je in je schrift!
Kijk ook alles na.
Slide 25 - Diapositive
Formuleren
A: samengestelde zinnen
B: omdat of doordat
C: een aantal bezoekers vindt/vinden
D: die of dat
E: sommige of sommigen
F: u of uw - jou of jouw
G: hun/hen/zij
Slide 26 - Diapositive
A: Samengestelde zinnen
Slide 27 - Diapositive
Verbeter de zin: Bij het tv-programma ‘The masked singer’ zingt elke artiest een nummer en wordt gepresenteerd door Ruben Nicolai.
Slide 28 - Question ouverte
Opdrachten
Deel 3 formuleren.
Gele boekje: oefening A
Slide 29 - Diapositive
B. Omdat of doordat
Slide 30 - Diapositive
Stellingen:
I. Doordat geeft alleen een reden aan II. Omdat kan zowel een oorzaak als een reden aangeven
A
Alleen stelling I is goed
B
Alleen stelling II is goed
C
Stelling I en II zijn fout
D
Stelling I en II zijn goed
Slide 31 - Quiz
Opdrachten:
Deel 3 formuleren.
Gele boekje: oefening B
Slide 32 - Diapositive
C: Een aantal bezoekers vindt/vinden
Slide 33 - Diapositive
Wat is goed?
Een aantal jongeren ...... dat leuk.
A
vinden
B
vindt
Slide 34 - Quiz
Opdrachten
Deel 3 formuleren.
Gele boekje: oefening C
Dus..... Je hebt aan het einde van de les af:
- oefening A + nakijken
- oefening B + nakijken
- oefening C + nakijken
(Nakijkboekje in studiewijzer)
Slide 35 - Diapositive
D. Die of dat
Slide 36 - Diapositive
Zet die of dat ervoor: - de jongen ..... (die/dat) - het meisje ..... (die/dat) - de schoolvriendinnen .... (die/dat) - het grote geheim .... (die/dat)
Slide 37 - Question ouverte
E. Sommige of sommigen/ alle of allen / beide of beiden
Dus...
+n (allen):
1. verwijzing naar eerder genoemd persoon / iedereen
(alle):
1. voor het znw / terug naar een eerder genoemd woord maar geen persoon