les 14

Les 14
Herhalen van de doelen van thema 4.
1 / 41
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Les 14
Herhalen van de doelen van thema 4.

Slide 1 - Diapositive

Dit gaan we herhalen
- telwoorden
- lijdende zin
- wederkerend voornaamwoord
- leestekens plaatsen

Slide 2 - Diapositive

Noem een telwoord.

Slide 3 - Question ouverte

Twee meisjes bewonderen Rachid.

Slide 4 - Question ouverte

Rachid vindt beide aardig.

Slide 5 - Question ouverte

Mira geeft aan Rachid veel cadeautjes.

Slide 6 - Question ouverte

Elvira zegt weinig tegen Mira.

Slide 7 - Question ouverte

Mira zegt steeds lelijke dingen.

Slide 8 - Question ouverte

Rachid vraagt twee weken pauze.

Slide 9 - Question ouverte

Nu geniet Rachid van veertien dagen rust.

Slide 10 - Question ouverte

Maak van bedrijvende zin een lijdende zin.
Hoe doen we dat ook alweer?

Slide 11 - Diapositive

Twee meisjes bewonderen Rachid.

Slide 12 - Question ouverte

Rachid vindt beide aardig.

Slide 13 - Question ouverte

Mira geeft aan Rachid veel cadeautjes.

Slide 14 - Question ouverte

Elvira zegt weinig tegen Mira.

Slide 15 - Question ouverte

Mira zegt steeds lelijke dingen.

Slide 16 - Question ouverte

Rachid vraagt twee weken pauze.

Slide 17 - Question ouverte

Nu geniet Rachid van veertien dagen rust.

Slide 18 - Question ouverte

Wederkerend voornaamwoord

Slide 19 - Diapositive

Omdat hij zijn wekker niet zette verslaapt Ruben ...

Slide 20 - Question ouverte

Nu moet hij ... haasten de tijd vliegt.

Slide 21 - Question ouverte

Zijn moeder roept nog 'Was je ... wel?'

Slide 22 - Question ouverte

Daar maakt Ruben ... niet druk om Maaike wacht.

Slide 23 - Question ouverte

'Hallo Ruben ik maakte ... al zorgen.'

Slide 24 - Question ouverte

Ik heb ... verheugd we gaan samen fietsen!'

Slide 25 - Question ouverte

'We gaan ... vermaken met drie dingen fietsen, picknicken en kletsen.'

Slide 26 - Question ouverte

'Hijs jij ... hier maar op we vertrekken.'

Slide 27 - Question ouverte

Ze gaan de dijk op Ruben slooft ... uit.

Slide 28 - Question ouverte

Maaike roept blij 'We ontpoppen ... nog als wielrenners!'

Slide 29 - Question ouverte

Leestekens
kiezen uit komma, dubbele punt en puntkomma
Doe het zo:
De juf zegt 'Wij gaan aan het werk.'
zegt:wij

Slide 30 - Diapositive

Omdat hij zijn wekker niet zette verslaapt Ruben zich.

Slide 31 - Question ouverte

Nu moet hij zich haasten de tijd vliegt.

Slide 32 - Question ouverte

Zijn moeder roept nog 'Was je je wel?'

Slide 33 - Question ouverte

Daar maakt Ruben zich niet druk om Maaike wacht.

Slide 34 - Question ouverte

'Hallo Ruben ik maakte me al zorgen.'

Slide 35 - Question ouverte

Ik heb me verheugd we gaan samen fietsen!'

Slide 36 - Question ouverte

'We gaan ons vermaken met drie dingen fietsen, picknicken en kletsen.'

Slide 37 - Question ouverte

'Hijs jij je hier maar op we vertrekken.'

Slide 38 - Question ouverte

Ze gaan de dijk op Ruben slooft zich uit.

Slide 39 - Question ouverte

Maaike roept blij 'We ontpoppen ons nog als wielrenners!'

Slide 40 - Question ouverte

Wat was het moeilijkste onderdeel?
A
telwoorden
B
bedrijvende vorm
C
wederkerend voornaamwoord
D
leestekens

Slide 41 - Quiz