Werkvormen: Anagram

Werkvormen: Anagram
Anagram
Werkvormen
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
TekenenTaal+21BasisschoolMiddelbare schoolPraktijkonderwijsSpeciaal OnderwijsVoortgezet speciaal onderwijsMBO

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Introduction

Anagram; een bekende woordpuzzel waarbij je de letters moet herschikken tot een nieuw woord. Het lijkt misschien een simpel spelletje, maar het daagt je leerlingen uit om actief op zoek te gaan naar begrippen, woorden, locaties, etc. Je leerlingen maken hierbij gebruik van hun voorkennis en associatieve vermogen. Deze woordpuzzel maakt het leren leuker én effectiever!

Instructions

Wat is het?
Een anagram is een woord of zin waarvan de letters opnieuw gerangschikt worden om een ander woord of een andere zin te vormen. Met behulp van een sleepvraag, quizvraag of een gewone slide met versleepbare componenten, kan je met anagrammen je leerlingen op zoek laten gaan naar die begrippen of vervoegingen waar jij de aandacht op wilt vestigen.

Door anagrammen te gebruiken, stimuleer je taalinzicht, creatief denken en probleemoplossend vermogen. Leerlingen moeten de structuur van woorden analyseren, verbanden leggen en patronen herkennen. Dit is niet alleen nuttig bij taalvakken, maar ook bij vakken zoals geschiedenis, biologie of economie, waar vaktermen beter beklijven door ze spelenderwijs te verwerken. Voeg je er dan ook nog een spelelement aan toe (een timer, puntentelling, een mol in de klas of schaarste in de antwoorden), dan zorg je voor nóg meer betrokkenheid en motivatie in de klas.

Hoe maak je het?
Je kan een anagram op diverse manier creëren. Van eenvoudig tot een ingewikkelde variant. De voorbeelden in deze les zijn oplopend in moeilijkheidsgraad.
  • Quizvraag: De eenvoudigste vorm is de quizvraag. Plaats een anagram als vraag en laat de leerling het juiste antwoord geven. In ons voorbeeld hebben we van de antwoorden anagrammen gemaakt. Dit vraagt meer inzicht van de leerlingen en toont aan of ze Franse vervoegingen kennen en begrijpen.​
  • Slide met spinner: Door de namen van je leerlingen als anagram in de spinner te plaatsen, schud je de leerlingen weer even wakker! Wát staat daar? Wíe is aan de beurt? Uiteraard kan je hier tal van varianten van maken.
  • Een open vraag met hotspots: Maak van het onderwerp van je les een viertal anagrammen, Oplopend in moeilijkheidsgraad. Welke leerlingen ontcijferen als eerste jouw onderwerp? Een lesopening die leerlingen uitdaagt op hun voorkennis.
  • Een slide met versleepbare componenten: Met versleepbare hotspots kan je anagrammen inzetten om, zoals in ons voorbeeld, leerlingen te laten kiezen met welk materiaal ze gaan werken. Maar stel eens de vraag wie heeft een van deze natuurverschijnselen in het echt gezien? Met versleepbare hotspots kunnen leerlingen na oplossen van de puzzel aangeven of ze het wel of niet gezien hebben. Maar ook met rekenen is deze vorm in te zetten. Hebben de leerlingen een anagram opgelost? Dan weten ze of ze met de gegeven getallen moeten optellen, aftrekken of vermenigvuldigen.
  • Sleepvraag: Met een sleepvraag kan je eindeloos variëren, maar deze slides vragen altijd net wat meer aandacht om te maken. De voorbeelden in deze les geven een goed beeld van de verschillende vormen waarop je een anagram in jouw les kan inzetten. 
    Tip: Om ervoor te zorgen dat sleepdoelen niet zichtbaar zijn op je slide (zoals in deze werkvorm op de kaart van Europa), zet je bij het sleepdoel het vinkje bij 'Toon het sleepdoel-icoon en rode rand' uit. Zo gauw je in de presenteermodus bent, zullen de sleepdoelen niet meer zichtbaar zijn.
Hoe zet je het in?
Je kunt anagrammen op verschillende momenten in je les gebruiken:

  • Als startactiviteit – Laat leerlingen een anagram oplossen om hun brein op gang te brengen. Ze zullen hun voorkennis van het onderwerp moeten inzetten om het gezochte woord te herkennen.
  • Tijdens de uitleg – Laat leerlingen raden naar nieuwe begrippen. "Hoe zou een scheefgetrokken rechthoek heten?" De variaties die uit het anagram gehaald worden door de leerlingen, zullen lachwekkend zijn, maar tegelijkertijd vraagt het oplossen van de leerlingen associatief en logisch nadenken. 
  • Als afsluiting – Test wat ze onthouden hebben door sleutelbegrippen te verstoppen in anagrammen. Of vraag leerlingen van de begrippen die zij onthouden hebben uit deze les een anagram te maken. Kunnen hun klasgenoten, of kan jij, de anagrammen oplossen? 
Zo zie je dat je met anagrammen leerlingen niet 'alleen maar' laat puzzelen, maar je biedt ze er een veel diepere leerervaring mee. Zonder het antwoord direct te geven, worden ze op weg geholpen. Dus:
Leve ziepler tem zeed krovwerm!

In deze les vind je voorbeelden van anagrammen voor de vakken Nederlands, Frans, wiskunde, biologie, aardrijkskunde en tekenen. 

Éléments de cette leçon

Werkvormen: Anagram
Anagram
Werkvormen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Gehusselde antwoorden!
Demain, nous ... (aller) au musée pour voir une exposition sur l'art moderne.
Futur simple (Toekomende tijd)
Met welke letters maak jij de juiste vervoeging?
A
troni
B
snoir
C
zelila
D
onlails

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Met welk getal kan jij het juiste antwoord maken? 
9 x 2 =
A
61
B
71
C
81
D
91

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

WÍE 
is er aan de beurt!?

Slide 4 - Diapositive

Uitleg
Zet de namen van jouw leerlingen als een anagram in de spinner.
Wie weet als eerste wie er aan de beurt is?

Bedellen docolde
1
Van welke biologie term staan hieronder 4 anagrammen?
Roedeld blolence
2
Dore blocedellen
3
Roed bloedelceln
4

Slide 5 - Question ouverte

Spelregels
De anagrammen worden steeds makkelijker.
De leerlingen moeten met zo min mogelijk hotspots het antwoorden vinden.
Het goede antwoord bij:
  • Hotspot 1: 5 punten
  • Hotspot 2: 3 punten
  • Hotspot 3: 2 punten
  • Hotspot 4: 1 punten
Vind je het goede antwoord 
Er zijn punten te verzamelen
PLAATS OP DE KAART
PLAATS OP DE KAART
Ontcijfer de landen en plaats de pin op de juiste plek op de kaart.
meerankend
lebasur
roostinkje
gahnjorei
lapgrout

Slide 6 - Question de remorquage

Uitleg
Met devices:
  • Laat de leerlingen zelfstandig of in duo's de opdracht oplossen.
  • Zorg dat je 'Devices in de klas' hebt aangevinkt in de presentatiemodus.
Zonder devices:
  • Geef leerlingen om en om de beurt en laat hen een pin verslepen.
  • Denkt iemand dat het antwoord fout is? Ga de discussie maar met elkaar aan en laat de meeste stemmen gelden. Verplaats de pin wanneer de meerderheid daartoe beslist.
  • Wie een anagram heeft opgelost mag zijn vinger opsteken en de pin verplaatsen.
Tip: Wie is de mol
Geef een leerling (eventueel bij binnenkomst in het lokaal) de rol van mol.
Deze leerling wint als hij/zij de klasgenoten kan overtuigen zoveel mogelijk pinnen fout op de kaart te zetten.
Deze leerling verliest als zijn klasgenoten ontdekken dat er door hem/haar gemold wordt.


De termen zijn door elkaar gehusseld.
Zie jij welke wiskundige vormen er bedoeld worden?
Sleep de goede vorm naar het anagram.
Korte heiderecht
Patmuzier
Ravinket
Gerlampallolar
Trui
Krochthee

Slide 7 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar ga jij mee tekenen?

Ontcijfer 1 puzzel en sleep een potloodje naar het palet.
Zijn alle potloodjes bij een materiaal weg? Ontcijfer dan een ander materiaal.

celioen
stilprakje
opdoolreukt
verklaptfaak
shotuloko
genie ekuze
De materialen zijn door elkaar gehusseld.

Slide 8 - Diapositive

Voor de docent
Oplossingen:
celioen = ecoline
stilprakje = pastelkrijt
opdoolreukt = kleurpotlood
verklaptvaak = plakkaatverf
shotuloko = houtskool
genie ekuze = eigen keuze

Tip:
Laat de leerlingen hierna een tekening maken van een anagram van een voorwerp. Hoe kunnen zij de onderdelen van een voorwerp door elkaar husselen, zodat het een nieuw voorwerp wordt, maar met puzzelen wél herleidbaar is.
Dit kan een opdracht zijn na een les over het kubisme.
"Hé! Daar loopt een fontila!"
De letters van de dieren gingen door de mixer.
gafri
lolgria
raden
onlijfd
uli
pnuinig
stivkin
kridkool
fontila
weberas
keirek
braze
Sleep het dier naar de goede letters.

Slide 9 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Werkvormen: Anagram
Werkvormen
Vind meer werkvormen op het Inspiratie kanaal

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions