Sondevoeding

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 2

Voor het afmeten van de neusmaagsonde tel je bij de NEX (Nose Ear Xyphoid) ........ op.

1. 1 cm
2. 5 cm
3. 7,5 cm
4. 10 cm

In het gebied van de keelholte lopen aftakkingen van een grote hersenzenuw (nervus vagus). Als deze zenuwtakjes door het inbrengen van de neusmaagsonde worden geprikkeld, noemen we dit vagale prikkeling.
Wat is een gevolg van vagale prikkeling?

1. Brandend maagzuur
2. Verslikken
3. Hartritmestoornis
4. Diarree

Bradycardie

Welke maat neus-maagsonde wordt aanbevolen voor het maaghevelen?

1. Ch 12-14
2. Ch 14-16
3. Ch 16-18
4. Ch 18-20

Het lukt je niet om aspiraat op te zuigen en je besluit de zorgvrager een slokje water te geven en daarna nogmaals een poging te wagen. Is dit juist of onjuist?

1. Dit is juist
2. Dit is onjuist

Water heeft een pH van 7, limonadetest

Je hebt een neus-maagsonde volgens protocol ingebracht. Nu is het je taak om te kijken of de neus-maagsonde goed zit. Je trekt wat maaginhoud op en meet via een pH-strip de zuurgraad van de maaginhoud. Deze is 5,0. Wat is je conclusie over de ligging van deze neus-maagsonde?

1. De maagsonde ligt in de dunne darm
2. De maagsonde ligt in de maag
3. De maagsonde ligt in de dunne darm
4. De zorgvrager gebruikt maagzuurremmers

5,5 of lager

De neusmaagsonde spuit je altijd door met een aantal cc lucht of water. Welke spuit gebruik je hierbij?

1. 5ml spuit
2. 10 ml spuit
3. 50 ml spuit

Bij gebruik van een spuit kleiner dan 10 ml bestaat de kans dat je de sonde ‘opblaast’. Dit komt doordat een kleinere spuit de vloeistof met hogere druk in de sonde spuit.

Hoe vaak bepaal je de pH-waarde om te checken of de maagsonde nog in de maag ligt?

1. Dagelijks
2. Om de dag
3. Eén keer per week
4. Alleen bij twijfel over locatie

Verder visuele inspectie bij iedere handeling (fixatie, markeringspunt, krulling in keel)

Een manier om een neus-maagsonde te fixeren is de Bridle-methode. Hierbij breng je flexibele pennen met daaraan magneten in via de neusgaten. Op deze manier ontstaat een lus achter het neustussenschot aan de binnenzijde van de neus. De uiteindes van de lus fixeer je samen met de neus-maagsonde in een clip aan de buitenkant van de neus. Het voordeel is dat je niet iedere 2-3 dagen een pleister hoeft te vervangen en minder irritatie van de huid hebt. Hoelang mag een Bridle blijven zitten?

1. 2 weken
2. 1 maand
3. 2 maanden
4. 3 maanden

De Bridle kan blijven zitten als de nieuwe sonde dezelfde maat heeft. 

Peptisorb

Multifibre

Proteïne plus

Eiwitten, vetten en koolhydraten al voorverteerd.

Gebruikt bij malabsorptie, alvleesklierontsteking, IBD

Bevat extra voedingsvezels.

Obstipatie, langdurige bedlegerigheid

Niet geschikt voor duodenumsonde

Bevat een hoger percentage eiwitten dan standaard sondevoeding.

Bij spierverlies door ziekte, na een grote operatie of bij grote wonden.

Voeding wordt altijd over een sonde met ch 8 gegeven

1. Juist
2. Onjuist

Breng bij gebruik van energie-, vezelrijke of geconcentreerde sondevoeding een dikkere sonde in.

Meneer Bos krijgt per 24 uur 1500 mL sondevoeding. Om 10.00 uur wordt gestart met de voeding. Deze wordt toegediend met de voedingspomp. Je moet deze instellen.
Op hoeveel mL per uur stel je de pomp in?
mL per uur

1. 62,5 ml
2. 125 ml

Deel het aantal mL dat gegeven moet worden door het aantal uur.

Om 15.00 uur gaat meneer Bos naar het zh en wordt de sondevoeding afgekoppeld. Bij terugkomst, twee uur later, sluit je deze weer aan.
1. Hoeveel mL sondevoeding moet meneer Bos nog krijgen om aan de voorgeschreven 1500 mL per 24 uur te komen?
2. Op hoeveel mL per uur stel je de pomp in zodat hij dat etmaal toch de 1500 mL voeding krijgt? Rond je antwoord af op een heel getal.

Je berekening begint met de volgende stap:

Voorgeschreven: 1500 mL

Gekregen: 10.00 – 15.00 uur (5 uur)

5 × 62,5 mL =

Reken hiermee verder.

Je rekent verder met je antwoord op vraag 1.

Deel het aantal mL dat nog gegeven moet worden door de resterende 17 uren.

Stelling: Verschillende medicijnen mogen tegelijk via de sonde worden toegediend

1. Juist
2. Onjuist

Het toedienen van

medicatie moet voor elk geneesmiddel apart worden uitgevoerd tenzij

voor de zorgvrager een vochtbeperking geldt én is onderzocht of de

combinatie van meerdere geneesmiddelen tegelijk niet tot

onverenigbaarheid leidt