Wat is schoonmaken?

• Zorg en Welzijn
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Wat is schoonmaken?

Programma

• Woordweb maken
• Wat is schoonmaken?
• Waarom maken we schoon?
• Opdracht
• Afsluiting 

Les doelen

1. De leerling kan informatie zoeken om zich zo te verdiepen in de onderwerpen.
2. De leerling kan beschrijven waarom we schoonmaken.
3. De leerling kan verwoorden wat voor methoden er zijn om de besproken ruimten schoon te maken

Leerdoelen

4.De leerling stelt een schoonmaakprogramma op volgens de geldende regels.

5.De leerling kan na het maken van de les drie punten noemen waar hij/zij van geleerd heeft.

Waar denk je aan
bij het woord schoonmaak?

Maak een mindmap waarin je alle kennis die je over schoonmaken hebt inzet. Het mag over thuis schoonmaken gaan, maar als je iets weet over professioneel schoonmaken mag dat ook

Dit is om de voorkennis van de leerlingen te activeren. 

Schoonmaak

Professioneel schoonmaken kun je niet vergelijken met schoonmaken thuis. Schoonmaken thuis hoeft niet altijd volgens een strak schema, het kan best een dagje worden uitgesteld. Op je werk of binnen een organisatie kan dit vaak niet. Elke ruimte heeft zijn eigen reinheidseisen welke continu moeten worden nageleefd. Niet voldoen aan de juiste reinheid kan ernstige gevolgen hebben. 

Doel van schoonmaak

  1.  Veiligheid gezondheid en welzijn van de mensen

2.
Mensen zijn gelukkiger, en presteren beter in een schone omgeving 

3.Stof en micro-organismen en ongedierte zijn risicofactoren voor ieders gezondheid.

4.Voorkomen dat productieprocessen schade lijden.

5.Machines en materialen regelmatig schoonmaken om stagnatie te voorkomen

6.Bescherming tegen vuil en voorkomen van slijtage door gebruik

7.Afwerkmaterialen die goed onderhouden worden gaan langer mee, hoeven minder vaak vervangen te worden.

Soorten vuil: Stof en losliggend vuil

• Droog vuil (stof, snippers, paperclips etc.)
  
• 80%
  
• Vegen
  
• Afstoffen
  
• Klamvochtig afnemen
  
• stofzuigen

Soorten vuil: Nat en licht gehecht vuil

• Aangekleefd vettig of vochtig vuil, licht gehecht (vlekken loopstrepen, vloeistoffen etc.)
  
• 15%
  
• (vlak)Moppen
  
• Uitwrijven
  
• Vochtig afnemen en nadrogen
  
• Sproei-extraheren ,Deppen

Soorten vuil: Sterk gehecht vuil

• Sterk hechtend en ingedrongen vuil (Ingetrapt vuil, kauwgom, oude waslagen etc.)
  
• 5%
  
• Sprayen
  
• Schrobben
  
• Shamponeren / sproei-extraheren
  
• strippen

Middelen en Materialen

Kleur codering: Schoonmaakdoekjes zijn er in vele soorten en maten, fluoriderend, geblokt, gestreept en met microvezels. Voor ieder wat wils. 

Wit: Algemeen                                            Groen: Vloeren

Geel: Keuken/desinfectie                       Rood: Sanitair

Blauw: Interieur

Drie Schoonmaak methodes

1. Droog reinigen.
2. Klam vochtig reinigen

3. Nat reinigen.
4.reinigen met microvezel doekje

Droog reinigen

Met een stofbindende of vochtige (wegwerp)doek stof verwijderen van meubilair en voorwerpen. Gebruik van stofdoeken wordt afgeraden omdat daarmee stof en ziektekiemen in de lucht worden verspreid.

Klam vochtig reinigen

Nat reinigen maar doekje stevig uitwringen, zodat oppervlakte niet te nat wordt.

Nat reinigen

Methode van interieur- en sanitairreiniging, waarbij oppervlakken nat worden ingezet en vervolgens worden nagedroogd

Reinigen met microvezeldoekje

Microvezeldoekjes reinigen snel doordat ze een enorm oppervlak hebben, vele malen groter dan de zichtbare afmetingen. Daar zijn de ontelbare driehoekvormige polyestervezeltjes verantwoordelijk voor. Een groot oppervlak betekent een hoog opzuigend vermogen.

Met hun scherpe hoeken dringen microvezels diep door in het vuil, veel verder dan een ronde vezel dat kan.

Aan de slag

Geef een demonstratie aan je klasgenoten. Maak een instructie werkkaart waar je de volgorde van werken op uitlegt en verantwoord. Je mag kiezen uit de volgende werkzaamheden
:

1.Dweilen met een mop en schoonmaakwagen 

2.Toilet schoonmaken 

3.Stoffen en stofzuigen van de woonkamer 

4.Ramen zemen

Tijd: 50 minuten ( 1 les)

Aan de slag

Maak een instructie kaart zoals op deze pagina staat. Neem in elk geval in je kaart de volgende onderdelen op: materiaal, werkwijze, waar moet je op letten. Zorg voor een duidelijke uitleg en duidelijk taalgebruik. Je mag pictogrammen opzoeken om je instructiekaart te verduidelijken.

 Zie volgende dia

Evaluatie 

-Vond je de informatie voldoende? zo niet, wat mis je?

-Vond je de opdracht moeilijk? Leg uit waarom wel of waarom niet

-Vond je de opdracht leuk?

-Hoe heb je de samenwerking ervaren?

-Vond je dat er dingen (les) anders moest? Zo ja, wat?

-Heb je de leerdoelen (zie inleiding) behaalt? zo nee, waarom niet?

-Heb je nog tips en opmerkingen?

Noem drie punten wat jij vandaag hebt geleerd ?

Leerlingen krijgen 5 minuten tijd om dit op papier te beantwoorden en gaan we klassikaal bespreken.