Week 47: tekstoort, tekstdoel, en onderwerp

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Deze week

Je kunt tekstsoorten, tekstdoelen en het onderwerp van de tekst herkennen. 

Les 1: start uitleg Lezen

Les 2: leestekst

Les 3: so spelling (A, B+C) + stillezen

Weektaak 2 december: 1b opdracht 1 + 3 t/m 11 

Deze les

Je kunt tekstsoorten, tekstdoelen en het onderwerp van de tekst herkennen. 

1. Startopdracht 

2. Uitleg 

3. Samen opdracht maken 

Zodat je een tekst beter begrijpt en beter kunt beoordelen (is deze tekst betrouwbaar?) 

Deze les

1. Startopdracht 

2. Uitleg 

3. Samen opdracht maken 

Je kunt tekstsoorten, tekstdoelen en het onderwerp van de tekst herkennen. 

Zodat je een tekst beter begrijpt en beter kunt beoordelen (is deze tekst betrouwbaar?) 

Startopdracht 

tekst 1

tekst 2

tekst 3

Tekstsoorten

1. Verhalende teksten

verhaal, voor je plezier, emoties, over jezelf of personage

2. Informerende teksten

feiten, betrouwbare informatie aan lezer geven

3. Waarderende teksten

oordeel, de lezer overtuigen, wat vindt de schrijver ergens van?

Tekstsoorten

Tekstdoelen

 ► Elke tekst heeft een tekstdoel

 ► Een tekst kan meerdere tekstdoelen

      tegelijkertijd hebben

 ► Eén doel is vaak het belangrijkst!

Onderwerp bepalen

Waarover gaat de tekst?

Eén woord of woordgroep

Wie heeft het beste richtingsgevoel?

Mensen die opgroeien op het platteland hebben een beter richtingsgevoel dan mensen die in de stad opgroeien, blijkt uit Europees onderzoek dat werd gepubliceerd in het tijdschrift Nature.

Gamen voor de wetenschap

In het onderzoek werd aan bijna 400.000 mensen uit 38 landen gevraagd een videospel te spelen. Dit spel geeft een goed beeld van het richtingsgevoel van mensen. Iedereen kreeg een kaart en moest op basis daarvan langs verschillende punten in het spel gaan.

Van jongs af aan

De onderzoekers concludeerden dat de ontwikkeling van het richtingsgevoel voor de rest van je leven wordt beïnvloed door de omgeving waarin je opgroeit. Mensen die op het platteland wonen, krijgen te maken met meer bochten en moeten meer herkenningspunten onthouden. Zo ontwikkelen zij een beter richtingsgevoel dan stedelingen.

Deelonderwerpen

Verschillende kanten van het onderwerp

Tussenkopjes

Wie heeft het beste richtingsgevoel?

Mensen die opgroeien op het platteland hebben een beter richtingsgevoel dan mensen die in de stad opgroeien, blijkt uit Europees onderzoek dat werd gepubliceerd in het tijdschrift Nature.

Gamen voor de wetenschap

In het onderzoek werd aan bijna 400.000 mensen uit 38 landen gevraagd een videospel te spelen. Dit spel geeft een goed beeld van het richtingsgevoel van mensen. Iedereen kreeg een kaart en moest op basis daarvan langs verschillende punten in het spel gaan.

Van jongs af aan

De onderzoekers concludeerden dat de ontwikkeling van het richtingsgevoel voor de rest van je leven wordt beïnvloed door de omgeving waarin je opgroeit. Mensen die op het platteland wonen, krijgen te maken met meer bochten en moeten meer herkenningspunten onthouden. Zo ontwikkelen zij een beter richtingsgevoel dan stedelingen.

Hoofdgedachte

Het belangrijkste dat de schrijver over het onderwerp wil zeggen. 

Valt niet samen met het onderwerp

Mening of feitelijk

Wie heeft het beste richtingsgevoel?

Mensen die opgroeien op het platteland hebben een beter richtingsgevoel dan mensen die in de stad opgroeien, blijkt uit Europees onderzoek dat werd gepubliceerd in het tijdschrift Nature.

Gamen voor de wetenschap

In het onderzoek werd aan bijna 400.000 mensen uit 38 landen gevraagd een videospel te spelen. Dit spel geeft een goed beeld van het richtingsgevoel van mensen. Iedereen kreeg een kaart en moest op basis daarvan langs verschillende punten in het spel gaan.

Van jongs af aan

De onderzoekers concludeerden dat de ontwikkeling van het richtingsgevoel voor de rest van je leven wordt beïnvloed door de omgeving waarin je opgroeit. Mensen die op het platteland wonen, krijgen te maken met meer bochten en moeten meer herkenningspunten onthouden. Zo ontwikkelen zij een beter richtingsgevoel dan stedelingen.

We maken 3

1. een LEGO-handleiding

2. een billboard van LEGO langs te weg

3. een reportage over de arbeidsomstandigheden bij LEGO

4. een museumtekst over de geschiedenis van LEGO

5. een discussie waarin gesteld wordt dat het bouwen met LEGO goed is voor de ontwikkeling van kinderen

Weektaak les 1B

Verhalen door de tijd 1B
Maak opdracht:
1, + 3 t/m 11 (3 hebben we al gemaakt)

Klaar? 

Kijk na

Deze les

Je kunt tekstsoorten, tekstdoelen en het onderwerp van de tekst herkennen. 

1. Je gaat aan de slag met opdracht 5 t/m 11 

2. Je gaat in duo's aan de slag met een leesopdracht 

3. oefenvraag so van morgen

Zodat je een tekst beter begrijpt en beter kunt beoordelen (is deze tekst betrouwbaar?) 

Aan de slag 

Verhalen door de tijd 1B
Maak opdracht:

5 t/m 11 

Klaar? 

Kijk na

In duo's - lever in op It's Learning

Voor het lezen: 

Wat weet je al over het onderwerp?

Tijdens het lezen

1. Onderstreep de kernzin van iedere alinea

Na het lezen 

1. Tot welke tekstsoort hoort deze tekst?

2. Wat is het doel van de schrijver?

3. Wat is  het onderwerp?

4. Wat is de hoofdgedachte?

5. Zoek nu zelf een tekst over hetzelfde onderwerp, maar met een ander tekstdoel. 

so van morgen

Voorbeeldvraag:

7. Maak met elk van de volgende woorden een zin. (2 p) 

a verwachte

b. verwachtte

 

Welkom!

Welkom 

Etui, lesboek, schrift, leesboek, laptop dicht op tafel.

Welkom!

so spelling

Klaar? Pak je boek en ga stillezen

Week 47: tekstoort, tekstdoel, en onderwerp