woorden H2 en concentratie

Slapen
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slapen

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

welke woorden uit het filmpje horen bij slapen?

Slide 3 - Question ouverte

Immuum
A
onschendbaar, niet vatbaar voor ziekte of vergif
B
wezenlijk, diepgaand
C
het uitgangspunt, het principe
D
het proefmodel

Slide 4 - Quiz


Met welk woord begint deze zin?
A
hygiënisch
B
biologisch
C
vegetarisch
D
horeca

Slide 5 - Quiz

Wat betekent effect?
A
Gevolg
B
Efficiëntie
C
Aandeel
D
Ruzie

Slide 6 - Quiz

Kroost betekent:
A
krullen
B
kinderen
C
nakomelingen
D
eend

Slide 7 - Quiz

Wat betekent 'transitie'?
A
transport
B
overgang
C
geslacht
D
operatie

Slide 8 - Quiz

anderen proberen te overtuigen van je wens of mening
A
ergens voor pleiten
B
zich verschansen
C
verzoenen
D
ontketenen

Slide 9 - Quiz

De ........kijkt of mensen in een restaurant op de hygiene letten.
De ..........van tuinmeubels moet de productie stoppen
De zon is een goedkope.............
Iemand die iets in de winkel koopt is een.......
Bij aankoop van een elektrisch apparaat krijg je meestal een...........
In Nederland zorgen windmolens voor..........
De koper moet de boekenkast zelf.......
een plankje kun je aan de muur met een plankje.........
Producent
De keuringsdienst
Garantiebewijs
Energiebron
Consument
energie.
Monteren
Bevestigen

Slide 10 - Question de remorquage

10. Geef de betekenis van:
suggereren

Slide 11 - Question ouverte

Maak een zin met het woord 'dosis'.
Laat zien dat je de betekenis kent.

Slide 12 - Question ouverte

de hersenen
A
het brein
B
je hoofd
C
je gedachten
D
nadenken

Slide 13 - Quiz


Is het onderstreepte woord goed of fout gebruikt in de zin?
> Ik dacht niet dat ik op zo'n futiliteit zou zakken.
A
goed
B
fout

Slide 14 - Quiz

wezenlijk
A
in essentie
B
liquidatie
C
indoctrinatie
D
relatief

Slide 15 - Quiz

Leren is concentreren
Ik weet wat aandacht en concentratie is.
Ik weet wat multitasken met mij doet?

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Hoe kan het dat je de gorilla en de andere veranderingen niet gezien hebt?

Slide 18 - Question ouverte

Concentratie/flow,

 is een toestand waarin je kan zijn, waarbij je volledig opgaat in wat je doet.



Slide 19 - Diapositive

Leg je linker hand op de borst> maak een draaiende beweging.
Leg je rechter hand op je buik> maak een kloppende beweging.

Nu andersom.

  • Lukte dit? Hoe zat het met de concentratie?
  • Wel geconcentreerd? Waarom lukt het dan niet?

Slide 20 - Diapositive

Ik kan meer dingen tegelijkertijd doen!

Slide 21 - Diapositive


  • Welke taken kan je wel tegelijkertijd doen zonder tijd of kwaliteitsverlies?
  • Waarom?

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo



1) Kijk drie minuten in jouw studeerplek ? 2









1)Bekijk drie minuten je studeerplek. 2) Noem 5 dingen die er te zien zijn.

Slide 24 - Question ouverte