week 8 les 2 spreken voor een publiek

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Lezen

Leerdoel

Je kunt spreken voor een publiek. 

Maak de startopdracht.

Instructiefilmpje

Als je spreekt voor publiek, moet je rekening houden met je luisteraars. Je wilt dat het publiek je begrijpt en met plezier naar je luistert.

  

Let daarom goed op de volgende punten: taalgebruik en inhoud.

Spreekdoelen

• Amuseren: een aansprekend verhaal vertellen

• Informeren: feiten geven in plaats van meningen

• Instrueren: uitleg in stappen

• Overtuigen: mening geven met argumenten

Bekijk de volgende video

Wat zijn de spreekdoelen van Pieter Derks?

Wat zijn de spreekdoelen van Pieter Derks?

1. Vermaken en overtuigen
2. Informeren en overtuigen
3. Instrueren en vermaken
4. Vermaken en tot handelen aanzetten

Boodschap afstemmen op publiek

- Voorkennis: wat weet het publiek al over dit onderwerp?

- Interesse: wat zouden ze graag willen weten?

- Voorbeelden: welke voorbeelden spreken dit publiek aan?

Boodschap afstemmen op publiek

- Taalgebruik: spreek een onbekend publiek altijd met ‘u’ aan, ook als het leeftijdsverschil klein is. Vind je dat onnatuurlijk? Vraag dan toestemming om te tutoyeren (jij- en je zeggen).

Wat is het verschil tussen formele en informele taal?

Informeel en formeel

In een persoonlijk gesprek gebruik je informele taal. 

(spreek aan met 'je' en 'jij')

Als je gesprek een zakelijk doel heeft, pas dan de woordkeus aan en gebruik formele taal.

(spreek aan met 'u', 'meneer/mevrouw') 

informeel

Aan de slag!

- We lezen eerst samen de vragen van opdracht 1. Daarna beluisteren we het fragment en maak je de vragen. We bespreken de antwoorden meteen. 

- Kahoot quiz over presenteren

- blooket herhaling leestekens