Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 7 vidéos.
Éléments de cette leçon
BS 4 Natuurbeheer
Slide 1 - Diapositive
Wat te doen
BS4 neem je zelfstandig door. Doe je boek open en lees mee per kopje. In de LessonUP komen een paar video's en vragen voorbij. Zo werk je zelfstandig door de stof.
Slide 2 - Diapositive
Korte herhaling BS 2
Symbiose was ook alweer?
Slide 3 - Diapositive
Ik kan een taxi nemen
Mutualisme (beide voordeel)
ik:
taxichauffeur:
Slide 4 - Diapositive
Ik kan liften
Commensalisme (gast voordeel, gastheer geen voor- of nadeel)
ik:
chauffeur:
Slide 5 - Diapositive
Ik kan een auto stelen
Parasitisme (gast voordeel, gastheer nadeel)
ik: parasiet
eigenaar: gastheer
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Vidéo
Welke vorm van symbiose denk je dat je zag?
A
Mutualisme
B
Commensalisme
C
Parasitisme
D
Visalisme
Slide 8 - Quiz
BS 4 Natuurbeheer
Leerdoel:
1. Je kunt verklaren dat veel natuur in Nederlands is ontstaan door ingrijpen van de mens
2. Je kunt manieren noemen waarop mensen in Nederland de natuur behouden, beschermen en herstellen.
Slide 9 - Diapositive
De mens is voor al zijn basisbehoeften afhankelijk van zijn omgeving.
A
Dat is waar
B
Dat is onzin
Slide 10 - Quiz
De mens is afhankelijk van zijn omgeving voor .....
A
grondstoffen
B
voedsel en zuurstof
C
water en energie
D
recreatie
Slide 11 - Quiz
Relaties met de omgeving
Slide 12 - Diapositive
Lezen
Lees de stukjes mens en zijn omgeving op blz 227 en ontstaan van het landschap op blz 228
Slide 13 - Diapositive
Inrichting van onze omgeving
bijvoorbeeld:
landbouw
aangeplante bossen voor bosbouw en recreatie
energiewinning
waterbeheer zoals dijken en sloten
Wanneer het landschap helemaal is gevormd door de mens spreek je van een Cultuurlandschap
Slide 14 - Diapositive
Landbouw:
akkerbouw
tuinbouw
veeteelt
Land gebruikt voor planten en dieren voor menselijk gebruik
Slide 15 - Diapositive
Video's
Kijk de volgende 2 video's
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Vidéo
Slide 18 - Vidéo
Je hebt filmpjes over biodiversiteit gekeken, wat is biodiversiteit? Omschrijf in eigenwoorden
Slide 19 - Question ouverte
Biodiversiteit
De variatie aan planten en dieren.
In het regenwoud is de biodiversiteit groot
Bij een grote biodiversiteit is het ecosysteem stabiel
Slide 20 - Diapositive
Natuurbescherming
Behouden en/of ontwikkelen van natuur en biodiversiteit door:
vergroten natuurgebieden
natuurgebieden met elkaar verbinden
variatie in het landschap brengen
Slide 21 - Diapositive
Lezen
Biodiversiteit, Herintroductie en natuur beheer blz 229 t/m 231
Slide 22 - Diapositive
Natuurbescherming
Natuurbehoud = maatregelen nemen om te voorkomen dat natuur verdwijnt of onder druk komt te staan. Bijv. hoe behouden we natuur terwijl steden groeien?
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Vidéo
Natuurbeheer = menselijk ingrijpen ten behoeve van optimale leefomstandigheden voor planten en dieren. Bijv. grote grazers die grassen laag houden, zodat andere planten meer licht hebben.
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Vidéo
Natuurontwikkeling = natuur beïnvloeden door eerst menselijk ingrepen te doen en daarna de natuur haar gang laten gaan. Bijv. de Marker wadden. Daar zie je meer over in de volgende video
= terugbrengen van een dier/ plantensoort in een land
maatregel om de bedreigde soorten weer in aantal te laten toenemen.
Slide 29 - Diapositive
Slide 30 - Vidéo
Wat zou een andere oplossing kunnen zijn voor de Oostvaardersplassen?
Slide 31 - Question ouverte
Slide 32 - Vidéo
Wat is het doel van de herintroductie van de wolf in Nederland?
Slide 33 - Question ouverte
Een grasland met 75 verschillende soorten grassen en kruiden of een zee met 75 verschillende soorten vissen. Welke heeft naar jouw mening een hogere biodiversiteit?
Een grasland met 75 verschillende soorten grassen en kruiden
Een zee met 75 verschillende soorten vissen
De biodiversiteit is gelijk
Slide 34 - Sondage
Een bos van 99 eikenbomen en 1 beukenboom of een bos met 50 eikenbomen en 50 beukenbomen. Welke heeft naar jouw mening een hogere biodiversiteit?
Een bos van 99 eikenbomen en 1 beukenboom
Een bos met 50 eikenbomen en 50 beukenbomen
De biodiversiteit is gelijk
Slide 35 - Sondage
Een vijver met 6 verschillende vissoorten of een vijver met 4 verschillende vissoorten en 2 amfibiesoorten. Welke heeft naar jouw mening een hogere biodiversiteit?
Een vijver met 6 verschillende vissoorten
Een vijver met 4 verschillende vissoorten en 2 amfibiesoorten
De biodiversiteit is gelijk
Slide 36 - Sondage
Een schip ligt al meer dan driehonderd jaar op de bodem voor de kust van Australië. Leg uit waarom dit schip voor een grotere biodiversiteit zorgt.
Slide 37 - Question ouverte
Work!
Ga aan de slag met de opdrachten uit de planner van BS 4