cursus 6.3_deel 4_Centraal bestuur_Basis
1 / 19
La durée de la leçon est: 45 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Wie is van adel?
A
Een boer
B
Een graaf
C
Een ambachtsman
D
Een handelaar
Slide 3 - Quiz
Wie is nog meer van adel?
A
De koning
B
Een burger
Slide 4 - Quiz
Burgers betaalden de adel geld, in ruil daarvoor mochten de burgers:
A
zelf regels en wetten maken en stadsmuren bouwen
B
moesten de burgers naar de adel (koningen) luisteren
C
moesten de burgers het bestuur van de stad afstaan aan de koning
Slide 5 - Quiz
Burgers kregen allemaal rechten in de stad. Een recht is:
A
iets dat je mag doen
B
iets dat je moet doen
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
We hebben het over edelmannen gehad. Edelmannen zijn van adel.
Wie is van adel?
Wie is van adel?
A
Een boer
B
Een graaf
C
Een ambachtsman
D
Een handelaar
Slide 11 - Quiz
Wie is nog meer van adel?
A
De koning
B
Een burger
Slide 12 - Quiz
Wat betekent politiek?
A
Alles dat met landbouw te maken heeft
B
Alles dat met besturen van een land te maken heeft
C
Alles dat met ambachtslieden te maken heeft
Slide 13 - Quiz
Tot 1300 was de macht vooral in handen van:
A
Één sterke koning
B
Veel kleine edelmannen
C
De burgerij
Slide 14 - Quiz
Na 1300 was de macht in handen van:
A
Één sterke koning
B
Veel kleine edelmannen
C
De burgerij
Slide 15 - Quiz
In de steden waren deze mensen aan de macht:
A
De koning
B
De kleine edelmannen
C
De burgerij
Slide 16 - Quiz
Wat betekent centralisatie?
A
Vanuit één plek je land besturen
B
Vanuit meerdere plekken je land besturen
C
In elk gebied in je land andere regels invoeren
