6.3_deel 4_Centraal bestuur_KGL

Machtige koningen en grote Staten
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Machtige koningen en grote Staten

Slide 1 - Diapositive

Wat doe je vandaag? 
  • Herhaling vorige les 
  • Nieuwe stof: centraal bestuur + centralisatie 
  • Opdrachten maken 

Slide 2 - Diapositive

Vanaf het jaar 1000 (Steden en Staten) ontstond er een
A
Landbouw samenleving
B
Landbouw Stedelijke Samenleving
C
Industrie samenleving

Slide 3 - Quiz

Waarom waren de stedelingen afhankelijk van de boeren?

Slide 4 - Question ouverte

In de steden woonden:
A
Burgers
B
Mensen van adel

Slide 5 - Quiz

Waar woonden de mensen van Adel?
A
In steden
B
In een boerderij
C
In grote kastelen

Slide 6 - Quiz

In welk rijtje staan mensen van adel?
A
Graaf, koning, boer
B
Graaf, boer, burger
C
Graaf, koning, hertog
D
Graaf, ambachtsman, hertog

Slide 7 - Quiz

Wie is de belangrijkste edelman?
A
Graaf
B
Hertog
C
Koning

Slide 8 - Quiz

Burgers betaalden de adel geld, in ruil daarvoor mochten de burgers:
A
zelf regels en wetten maken en stadsmuren bouwen
B
moesten de burgers naar de adel (koningen) luisteren
C
moesten de burgers het bestuur van de stad afstaan aan de koning

Slide 9 - Quiz

Burgers kregen van de adel rechten. Een recht is:
A
iets dat je mag doen
B
iets dat je moet doen

Slide 10 - Quiz

Aan het hoofd van het stadsbestuur stond de:
A
Schout
B
Schepenen

Slide 11 - Quiz

Tegenwoordig noemen we de schout:
A
Burgermeester
B
Ambtenaren

Slide 12 - Quiz

Nieuwe stof
bladzijde 112 van je boek 

Slide 13 - Diapositive

Wie maakten de regels en wetten tot 1300? 

  •  Tussen 500-1000 hadden de koningen
     weinig macht
  • Na Karel de Grote (800 n. Chr) waren koningen eigenlijk een lachtertje

    Wie had dan wel de macht?
  • Veel kleine edelmannen
  • Voor elk gebied andere regels 
  • In de stad mochten burgers de regels bepalen 

De tijd van Monniken en Ridders (500-1000) 
Er waren veel edelmannen die elk voor hun eigen kleine gebied de regels bepaalden 

Slide 14 - Diapositive

De koningen krijgen de macht 
Rond 1300 veroveren de koningen hun macht terug.

Zij wilden in hun hele gebied dezelfde regels en wetten 

De koningen bestuurden vanuit één plek een groot gebied (= centralisatie) 

Er ontstonden grote staten (=landen)




De tijd van steden en staten 

Slide 15 - Diapositive

Politieke verandering 
Politiek = alles dat met het bestuur van een land te maken heeft 

Voor 1300: elk gebied onder leiding van edelman eigen regels 

Na 1300: koning verslaat edelmannen en bepaalt voor één groot gebied alle regels 

Verandering = er komt een centraal bestuur i.p.v. allemaal losse besturen 

Slide 16 - Diapositive

We hebben het over edelmannen gehad. Edelmannen zijn van adel.
Wie is van adel?
A
Een boer
B
Een graaf
C
Een ambachtsman
D
Een handelaar

Slide 17 - Quiz

Wie is nog meer van adel?
A
De koning
B
Een burger

Slide 18 - Quiz

Wat betekent politiek?
A
Alles dat met landbouw te maken heeft
B
Alles dat met besturen van een land te maken heeft
C
Alles dat met ambachtslieden te maken heeft

Slide 19 - Quiz

Tot 1300 was de macht vooral in handen van:
A
Één sterke koning
B
Veel kleine edelmannen
C
De burgerij

Slide 20 - Quiz

Na 1300 was de macht in handen van:
A
Één sterke koning
B
Veel kleine edelmannen
C
De burgerij

Slide 21 - Quiz

In de steden waren deze mensen aan de macht:
A
De koning
B
De kleine edelmannen
C
De burgerij

Slide 22 - Quiz

Wat betekent centralisatie?
A
Vanuit één plek je land besturen
B
Vanuit meerdere plekken je land besturen
C
In elk gebied in je land andere regels invoeren

Slide 23 - Quiz

Aan  de slag, 5 minuten, gewoon proberen :)
Boek op blz. 135  --> Overzicht van de samenlevingen in de geschiedenis tot 1500
Samenleving = manier waarop mensen samen leven en aan hun voedsel komen

Kies uit deze samenlevingen:
- Jagers Verzamelaars 
- Landbouw
- Landbouw stedelijk

Slide 24 - Diapositive

Aan de slag 
Maak opdracht 10, 11 en 12
blz. 112/113


Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo