eind thema 3 TT/VT groep 7
1 / 21
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
De juf rende over de dijk.
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
Slide 2 - Quiz
Het werkwoord in de zin is:
De juf rende over de dijk.
De juf rende over de dijk.
Slide 3 - Question ouverte
Frederique kookte gisteren uitgebreid voor haar familie.
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
Slide 4 - Quiz
Het werkwoord in de zin is:
Frederique kookte gisteren uitgebreid voor haar familie.
Frederique kookte gisteren uitgebreid voor haar familie.
Slide 5 - Question ouverte
Volgende maand gaan/gingen we hopelijk naar de Efteling.
A
gaan
B
gingen
Slide 6 - Quiz
Vanmiddag ga/ging ik naar de tandarts.
A
ga
B
ging
Slide 7 - Quiz
Daarna ga/ging ik skeeleren.
A
ga
B
ging
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Diapositive
fietsen (TT)
Groep 7....................zelf naar school.
Groep 7....................zelf naar school.
Slide 10 - Question ouverte
juichen (TT)
De menigte..............voor de artiest.
De menigte..............voor de artiest.
Slide 11 - Question ouverte
zweven (TT)
De ballon..............hoog in de lucht.
De ballon..............hoog in de lucht.
Slide 12 - Question ouverte
fietsen (TT)
.................of ren jij naar de tennisclub.
.................of ren jij naar de tennisclub.
Slide 13 - Question ouverte
Slide 14 - Diapositive
roepen(VT)
De vrouw..............naar de kinderen.
De vrouw..............naar de kinderen.
Slide 15 - Question ouverte
begeleiden(VT)
De reisleidster...........de mensen naar de bus.
De reisleidster...........de mensen naar de bus.
Slide 16 - Question ouverte
zwemmen (VT)
De kinderen ...............lekker in het zwembad.
De kinderen ...............lekker in het zwembad.
Slide 17 - Question ouverte
Houden (VT)
De man.............van de vrouw.
De man.............van de vrouw.
Slide 18 - Question ouverte
bonzen (VT)
Iemand.........hard op de deur.
Iemand.........hard op de deur.
Slide 19 - Question ouverte
worden VT
Ik...............plotseling geduwd.
Ik...............plotseling geduwd.
Slide 20 - Question ouverte
eten VT
Groep 7 ............een komkommer.
Groep 7 ............een komkommer.
