Hoofdstuk 5 paragraaf 2 en 3

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

5.2 Wat wordt de prijs?

5.3 Belasting op shoppen 

Planning

1. Oefenen rekenen 
2. Studiewijzer 
3. Leerdoelen
4. Uitleg 5.2 en 5.3 
5. Huiswerk
   

Leerdoelen

Na afloop van deze les ken/kan ik ...

1. uitleggen wat de brutowinstmarge is en hoe je, met de brutowinstmarge en de inkoopprijs, de verkoopprijs berekent. 
2. Uitleggen afzet en omzet is en kun je, met de afzet en verkoopprijs, de omzet berekenen. 
3. Uitleggen wat btw is en waarom de btw een indirecte belasting is

Ik koop een laptop in voor €50,-.
Ik reken hier €25,- bij en verkoop de laptop vervolgens voor €75,-.
Wat is de brutowinstopslag?

1. 50
2. 25
3. 75
4. 100

De inkoopprijs van een boek is €60,-
De brutowinstmarge is 45%
Bereken de verkoopprijs.

De verkoopprijs is € 123,- de inkoopprijs is € 89,-. Bereken de Brutowinstmarge in euro's.

De verkoopprijs is € 123,- de inkoopprijs is € 89,-. De brutowinstmarge in euro's is 34,-. Bereken de brutowinstmarge in % van de inkoopprijs.

In een zwembad verkoopt Ron op een dag 372 blikjes fris. De prijs van één blikje is € 2,25. Hoeveel omzet heeft Ron?

Omzet = afzet × verkoopprijs

Een winkelier verkoopt 300 producten voor € 5 per stuk. Bereken de omzet.

Omzet € 450
Afzet 9 stuks
Wat is de verkoopprijs?

Wat is de consumentenprijs?

1. verkoopprijs zonder btw
2. verkoopprijs
3. verkoopprijs met btw
4. inkoopprijs

huiswerk:

Huiswerk 20 mei:

Online opdrachten 5.2 en 5.3 (zie studiewijzer)