Les 3: bez.vnw.

• Engels
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Unit 1 England

Wat gaan we doen vandaag

Lezen (10min.)

Overhoren woordjes lesson 2

Theorie: bezittelijke voornaamwoorden

Zelfstandig werken

Lezen (10min.)

Vul het juiste woord in:
I never ........ any letters.

1. learn
2. write
3. right
4. ask

Vul het juiste woord in:
In .......... class we learn about the Roman Empire.

1. maths
2. English
3. history
4. PE

easy

pencil

clever

diary

PE

makkelijk

agenda

gym

slim

potlood

I

He

She

You

They

It

We

ik

jij

u

hij

zij (enkelvoud)

wij

zij (meervoud)

het

jullie

Possessive pronouns 

Als je wilt uitdrukken dat iets van jou (of van iemand anders) is, gebruiken we bezittelijke voornaamwoorden, zoals jouw, mijn, zijn, gevolgd door datgene wat jij of iemand anders bezit.

Voorbeelden:

my house

his dog

Bezittelijke voornaamwoorden

Maken opdracht 9 en 10 op blz. 16

Vul het juiste bezittelijke voornaamwoord in:
She is going to wash ............. hands.

Vul het juiste bezittelijke voornaamwoord in:
They live with ............ parents.

Vul het juiste bezittelijke voornaamwoord in:
I saw Steve with .......... wife, Laura.

Zelfstandig werken

Maken opdracht 9, 10 en 11 op blz. 15-16 van je werkboek!

Samenwerk opdracht

Op zoek naar persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden in de tekst 

Zelf zinnen maken met de persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden

Tip: geef de persoonlijke en bezittelijke woorden een andere kleur

Volgende les: zorg dat je een Engels leesboek meeneemt!

Herhalen woordjes van lesson 2 op blz. 42 van je boek.

Ik begrijp wanneer ik persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden gebruik in het Engels

😒🙁😐🙂😃

Ik weet welke verschillende persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden er zijn in het Engels

😒🙁😐🙂😃

Homework

Leren woordjes lesson 2 op blz. 42 (study box)