natuurkunde het relais 6.3

hst 6.3 "Het relais"
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

hst 6.3 "Het relais"

Slide 1 - Diapositive

Een weerstand

Hier staat een voorbeeld van een weerstand.

Let op de ringen. Deze weerstand heeft vier ringen, er zijn ook weerstanden met vijf ringen.

De ringen hebben een betekenis welke een

codering is voor de grootte van de weerstand.


We hebben ring 1, 2 (en soms 3)

Daarnaast ring A en B

Slide 2 - Diapositive

Hier zie je kleuren van de ringen

Slide 3 - Diapositive

Weerstanden
Zo nu gaan we echt aan iets nieuws beginnen: weerstand. 
Maar wat is weerstand eigenlijk?

De weerstand geeft aan hoe moeilijk de elektrische stroom door een stroomkring (of apparaat) gaat.
Hoe hoeger de weerstand, des te moeilijker de stroom er door heen gaat.


Slide 4 - Diapositive

Input - proces - output
Input: SENSOR
produceert een elektrisch signaal dat informatie geeft over zijn omgeving
Proces: VERWERKER
verwerkt het signaal van sensor en geeft info aan actuator
Output: ACTUATOR
onderneemt actie/doet iets

Slide 5 - Diapositive

De weerstand berekenen.

Slide 6 - Diapositive

LDR
LICHTSENSOR (lichtgevoelige sensor)

weinig/geen licht -> hoge weerstand (R) -> houdt de stroom tegen(I)

(veel) licht -> kleine weerstand (R) -> laat de stroom door(I)

Slide 7 - Diapositive

NTC
TEMPERATUURSENSOR (temperatuurgevoelige weerstand)

Hoge temperatuur -> lage weerstand -> veel stroom

Lage temperatuur -> hoge weerstand -> weinig stroom

Slide 8 - Diapositive

Sleep naar de juiste plaats
R
 E
t
I
W
J
A
s
V
Ohm
Watt
Joule
Volt

Slide 9 - Question de remorquage

Relais

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Relais
Wordt aangezet door een elektromagneet en heeft een:
Maakcontact
Breekcontact

Slide 12 - Diapositive

Maakcontact
Is de relais aangesloten op het maakcontact is de stroomkring compleet; er kan stroom lopen
Lamp gaat aan

Slide 13 - Diapositive

Breekcontact
Is de relais verbonden met het breekcontact is er geen complete stroomkringt; er kan geen stroom lopen. De verbinding is verbroken.
de lamp gaat uit

Slide 14 - Diapositive

Het relais
Het relais is een schakelaar die wordt bediend door een elektromagneet. 
Een elektromagneet bestaat uit een spoel en een ijzeren kern.

Slide 15 - Diapositive

Elektromagneet & relais
De elektromagneet moet eerst aan staan. Er ontstaat dan een magnetisch veld. Dit trekt de veer/schakelaar aan waardoor deze naar het maakcontact toe gaat.
Gaat de elektromagneet uit verliest het een magnetisch veld. De veer/schakelaar wordt niet meer aangetrokken en veert terug naar het breekcontact => lamp uit

Slide 16 - Diapositive

Relais
Een kleine stroomkring zet een grote stroomkring aan.
Het is een automatische schakelaar

Slide 17 - Diapositive

Relais
Er zijn dus 2 aparte stroomkringen

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Wat is de functie van het relais?
A
Het relais meet de spanning
B
Het relais werkt als spanningsdeler
C
Het relais meet de stroomsterkte
D
Het relais werkt als schakelaar

Slide 20 - Quiz

In figuur 3 is een lamp aangesloten op een relais.
Wanneer brandt de lamp?

A
Als schakelaar A en B gesloten zijn
B
Als A en B open zijn
C
Als A gesloten en B open is
D
Als A open en B gesloten is

Slide 21 - Quiz

Ga nu zelfstandig aan de slag
Maak de opdrachten van 6.3

Slide 22 - Diapositive