paragraaf 2 De kaasspeciaalzaak

• Economie
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 3

Economie 

T3

paragraaf: 7.2

De kaasspeciaalzaak

Producent Produceert

• halffabricaten ( verder verwerkt worden door andere bedrijven)
• eindproducten 

Grondstof -> halffabricaat -> eindproduct

Een groothandel zorgt dat de eindproducten in de winkel komen en de detailhandel (winkelier) verkoopt deze aan de consument.

Bedrijfskolom

Een voorbeeld:

de bedrijfskolom van brood.

De bedrijfskolom moet je niet verwarren met een bedrijfstak ..

Een bedrijfstak = een groep bedrijven die hetzelfde product of dienst verkopen.

• Waarom staan de beroepen op de plaatjes bij elkaar?
  
• De bedrijven lijken op elkaar!
• -> Bedrijfstak: Een groep gelijksoortige bedrijven

Toegevoegde waarde

Formule toegevoegde waarde

Verkoopprijs – inkoopprijs = toegevoegde waarde

Toegevoegde waarde

Elke schakel in de bedrijfskolom voegt waarde toe aan een product. 

Wat is een bedrijfskolom?

In welke volgorde zijn deze bedrijven betrokken
bij de productie van kaas?

1. 1-2-3-4
2. 2-3-1-4
3. 4-3-2-1
4. 3-2-1-4

Hoe produceert een timmerman?

1. arbeidsintensief
2. kapitaalintensief

Het schilderen van een huis is ...

1. kapitaalintensief.
2. arbeidsintensief.

Eindproducten zijn duurder dan
grondstoffen door de toegevoegde waarde.

1. juist
2. onjuist

Alle bedrijven die samenwerken aan een product noemen we de

1. productiefactor
2. producenten
3. bedrijfskolom
4. bedrijfsfactor

Bedrijfskolom = serie bedrijven die betrokken is bij de productie van een artikel

1. waar
2. niet waar

Een bedrijfstak is een groep van verschillende bedrijven

1. Waar
2. Niet waar

Groothandels zijn een bedrijfstak

1. Waar
2. Niet waar

Bedrijfskolom

Chocoladefabriek

Supermarkt

Importeur

Cacaoplantage

Groothandel

Hoofdstuk 7 paragraaf 2

maken opdracht 1 tot met 10