Spelling 22 juni

• Spelling
• Basisschool
• Groep 8

Iedereen krijgt een nummer

Doel van deze les

Ik kan samengestelde woorden met de tussenletters (s & e) schrijven.

Overleg in je groepje.
Wat weten jullie van samengestelde woorden?

Wat gaan we doen?

Samenstellingen -en-

Je schrijft de samenstelling met -en-:

- Als de samenstelling een zelfstandig naamwoord is.

- én het eerste woord van de samenstelling een zelfstandig naamwoord is.

- én dat eerste woord een meervoud alleen op -en heeft

woordenboek

(woordenboek = zelfstandig naamwoord)

(woord = zelfstandig naamwoord)

(woorden = alleen meervoud op -en)

Welk samengesteld woord kan jij bedenken?

Samenstellingen -e-

Je schrijft de samenstelling met -e-:

- Als het hele en het eerste woord geen zelfstandig naamwoord is.

- én het eerste woord van de samenstelling geen meervoud op -en heeft. 

- én dat eerste woord naar iets of iemand verwijst waar er maar één van is.

groenteman

(rodekool & reuzeleuk)

(aspergesoep, groenteman & rijstepap)

(Koninginnedag & zonnestraal)

Samenstellingen -s- of -z-

Je schrijft de samenstelling met -s-:

- als je deze ook uitspreekt.

- als het tweede woord van de samenstelling begint met s of z. Je schrijft dan een tussen -s. Je hoort hem niet apart.

dorpsstraat

(dorpsplein)

(dorp + straat = dorpsstraat)

Welk samengesteld woord kan jij bedenken?

Laat het zien!

Let op bij de jij of je vorm 

achter het werkwoord.

Welke woorden hebben we geschreven? Geef voorbeelden!

Wat heb je geleerd van deze les?
Leg het je schoudermaatje uit!

Tips / tops

voor het meedoen!