Analyse De kroonprins

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Verhaalanalyse

MHU, 2021

Wat we gaan doen

Mededelingen

'De kroonprins' nabespreken

Mededelingen

Recensies

Toets formuleren

Verandering H4C per 1/12

Recensies

4,5-8; gemiddelde H4 rond de 6.

Kleine verschillen per klas in gemiddelden.

Meest voorkomende fout: opdracht verkeerd lezen, boekverslag schrijven, onderbouwing, boek onvoldoende gelezen; taalverzorging (de/het, hoofdletters, zinnen onjuist begrenzen)

Boekenlijst H4

Totaal vier boeken (zie oranje bundel van begin september)

Boek 2: eind november echt uitgelezen;

Boek 3: medio december uit;

Boek 4: medio januari uit.

Opdracht: leeskring (zie bundel)

Vrijdag meer

Toets formuleren

Nagekeken op enkele twijfelonderdelen na.

Gemiddelde voldoende.

Meest voorkomende fouten: theorievragen, herkennen van de formulering, niet verbeteren (woordvolgorde aanpassen is geen verbetering).

Antwoorden 'De kroonprins'

Antwoorden eerste vragen:

1. Personaal perspectief. Er is geen verteller zichtbaar aanwezig in het verhaal.

2. Het verhaal speelt zich af in een grote stad (hoofdstad, Amsterdam?) op een plein. Er zijn veel mensen aanwezig. Het is herfst.

De locatie wordt steeds drukker, tot ongenoegen van de hoofdpersoon. 

(+ argumentatie)

Het is onwaarschijnlijk dat het verhaal zich in een klein dorp afspeelt. De herfst is overal, maar zo'n drukte en zo'n tumult heb je alleen in grote steden.

Welke personificaties tref je aan in het verhaal?

Wat is de stemming in alinea 1?

Hoe is de sfeer in de laatste alinea, t.o.v. alinea 1, veranderd?

Dhr. Tiennoppen ziet dat de kroonprins van Bessarabië op het bordes van het raadhuis verschijnt.

Dhr. Tiennoppen besluit een grap uit te halen.

Dhr. Tiennoppen wordt aangesproken door een man.

Dhr. Tiennoppen wordt omgeven door een massa mensen op het plein die allemaal naar de kroonprins van Bessarabië komen kijken.

'In de bomen pakten de sappen hun biezen...' Wat betekent deze opmerking?

1. De bomen krijgen weer groene bladeren, want de sapstroom komt op gang.
2. De bomen zullen snel hun bladeren verliezen, want de sapstroom wordt steeds trager.
3. De vogels in de bomen vertrekken naar het zuiden.
4. Er landt een zwerm vogels in de bomen.

Waarom wordt dhr. Tiennoppen voor zijn gevoel niet een dag ouder?

Welk personage kan Mulisch zijn?

Hoe verandert de bui van dhr. Tiennoppen? Wat is de link met de hoed?

Die strohoed is een

1. thema
2. idee
3. motief
4. onderwerp

Vraag 11

Dhr. Tiennoppen vreest dat de ontstane drukte aan zijn 'grap' te wijten is. De drukte die ontstaat, komt echter door het bezoek van de Bessarabische kroonprins, waar Tiennoppen toevallig een grap over maakte.

Welke uitspraken passen bij dit verhaal?

Wie zijn de belangrijkste personages?

Volgens welke zin is Tiennoppen het slachtoffer?

Dit verhaal bevat een

1. climax
2. anticlimax

Dit verhaal bevat een

1. open einde
2. gesloten einde

Huiswerk 22 november

Lezen: verhaal 'De bol en de bolero'

Maken: vragen 1-10

Verdere planning

Les 2 en 3 deze week: poëzie

Les 4: leesles

Poëzie, zo moeilijk niet

Op alles rijmt wel iets

Behalve dan op 'waterfiets'

Op 'waterfiets' rijmt 'niets'.

Pluspunt van deze les

Ik heb deze les mijn aandacht erbij kunnen houden en snap het verhaal 'De kroonprins' beter.

😒🙁😐🙂😃