Arnhem les 3: Tv 7 en 8

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 6

V6 

Thema 

Arnhem

Les 3: tv 7 en 8

welkom

1. vragen en herhaling

2. Arnhem en TV 7

3.Arnhem en TV 8

4. afronding

De tijdvakken die we de vorige les hebben behandeld zijn: "de tijd van.....

1. 'ontdekkers en hervormers' en 'regenten en vorsten'
2. 'steden en staten' en 'ontdekkers en hervormers'
3. 'regenten en vorsten' en 'steden en staten'

Het tijdvakken 'ontdekkers en hervormers' en 'regenten en vorsten' horen bij de periode

1. Middeleeuwen,
2. Vroegmoderne Tijd
3. Moderne Tijd

De jaartallen die horen bij de tijdvakken 'ontdekkers en hervormers' en 'regenten en vorsten' zijn:

1. 1500-1600 en 1600-1700
2. 1400-1500 en 1500-1600
3. 1600-1700 en 1700-1800

1. tijd van regenten en vorsten
2. (...) steden en staten
3. (...) ontdekkers en hervormers
4. (...) pruiken en revoluties

Wat is de juiste chronologische volgorde?

1. 3 - 2 - 4 -1
2. 1 - 3 - 2 - 4
3. 2 - 3 - 1 - 4
4. 2 - 1 - 3 - 4

Hier zie je een beschadigde
wandschildering uit de
Eusebiuskerk. Welk ka past hierbij?

1. Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat.
2. De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had.
3. Een hernieuwde oriëntatie op het erfgoed van de klassieke Oudheid.
4. Het veranderende mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling.

Eerste Slag om Arnhem - 30 november 1813

de belegering van de stad begon op vrijdag 26 november. De Pruisen grendelden de stad aan de noordzijde volledig af en sloegen kampementen op in de heuvels van Zijpendaal en Sonsbeek. Het dagelijks leven en de economie kwamen plat te liggen. De Grote Kerk, de Markt en de omringende gebouwen kwamen onder vuur te liggen. In de dagen  die volgden probeerden beide legers hun posities te versterken.

De mistige 30 november 1813 wordt in het boek ‘de ongelukkige dinsdag’ genoemd. De slag die volgde wordt in het boek gedetailleerd omschreven. Er volgde een vernietigend gevecht, ook al omdat de Fransen niet wilde wijken.

Twee kanonnen begonnen de muren te beschieten. Rond 12.30 uur sloegen de Pruisen een definitieve bres in de verdediging. De stad werd van alle kanten aangevallen en ‘de Pruisen kenden daarbij geen genade’.

Bij de schipbrug over de Rijn ontstond een opstopping van Fransen die probeerden het vege lijf te redden. Bij het dringen op de brug sprongen Fransen in het water of ze werden door hun kameraden gewoon in de rivier geduwd. Waarschijnlijk zijn daarbij 200 Fransen verdronken. Het boek haalt een getuige aan die zag dat een Fransman, onder luid gesmeek van ‘à l’hôpital!’, door twee Pruisen in de rivier werd gedumpt.

Arnhem breekt stadsmuren af (vanaf 1817)

huiswerk

Lezen t/m blz 71