- In een naamwoordelijk gezegde wordt niet een handeling beschreven, maar een
toestand van het onderwerp.
- Een koppelwerkwoord koppelt het onderwerp aan de toestand.
- Deze toestand hoort ook bij het naamwoordelijk gezegde!
- Een van deze woorden komt voor : zijn, worden, blijven, lijken, blijken, schijnen, heten, dunken, voorkomen