Isaac Newton: De Vader van de Moderne Fysica

Isaac Newton: De Vader van de Moderne Fysica

Leerdoel

Aan het einde van de les kun je 3 alinea's schrijven over Sir Isaac Newton en zijn 3 belangrijkste bijdragen aan de wetenschap, een begrippenlijst maken van vakspecifieke woorden en 4 activiteiten uitvoeren op basis van de taxonomie van Bloom.

Introduceer het leerdoel en leg uit wat de leerlingen kunnen verwachten van de les.

Wat weet jij al over Isaac Newton en zijn bijdragen aan de wetenschap?

Wie was Sir Isaac Newton?

Isaac Newton was een Engelse natuurkundige en wiskundige die leefde van 1643 tot 1727. Hij wordt beschouwd als de vader van de moderne fysica.

Geef een korte introductie over wie Isaac Newton was en waarom hij belangrijk is voor de wetenschap.

Eerste bijdrage: Wetten van Newton

De drie wetten van Newton zijn de basisprincipes van de klassieke mechanica. De eerste wet stelt dat een object in rust zal blijven of met constante snelheid zal bewegen tenzij er een kracht op wordt uitgeoefend. De tweede wet stelt dat de versnelling van een object evenredig is met de resulterende kracht die erop wordt uitgeoefend. De derde wet stelt dat voor elke actie een gelijke en tegengestelde reactie is.

Leg de drie wetten van Newton uit en hoe ze van invloed zijn op de klassieke mechanica.

Tweede bijdrage: Optica

Newton bestudeerde het gedrag van licht en ontdekte dat wit licht uit verschillende kleuren bestaat. Hij ontwikkelde ook de reflecterende telescoop en maakte belangrijke bijdragen aan de studie van lenzen.

Leg uit wat optica is en hoe Newton heeft bijgedragen aan ons begrip van licht en de werking van lenzen.

Derde bijdrage: Calculus

Newton ontwikkelde calculus, een tak van de wiskunde die zich bezighoudt met verandering en beweging. Dit was een cruciale ontwikkeling in de wiskunde en heeft geleid tot de ontwikkeling van moderne fysica en engineering.

Leg uit wat calculus is en hoe het heeft bijgedragen aan de ontwikkeling van moderne fysica en engineering.

Begrippenlijst

Wetten van Newton, klassieke mechanica, versnelling, resulterende kracht, reflecterende telescoop, optica, calculus, wiskunde, verandering, beweging

Laat de leerlingen een begrippenlijst maken van de vakspecifieke woorden die in de les zijn gebruikt en geef korte definities van elk woord.

Activiteit 1: Begrijpen

Lees een korte alinea over een van de bijdragen van Newton en beantwoord vervolgens vragen om te controleren of je de informatie begrijpt.

Laat de leerlingen een korte alinea lezen en stel vervolgens vragen om te controleren of ze de informatie begrijpen. Dit is een activiteit op het begripsniveau van de taxonomie van Bloom.

Activiteit 2: Toepassen

Geef een voorbeeld van hoe de wetten van Newton van toepassing zijn op een object in beweging en leg uit hoe ze werken.

Laat de leerlingen een voorbeeld geven van hoe de wetten van Newton van toepassing zijn op een object in beweging en leg uit hoe ze werken. Dit is een activiteit op het toepassingsniveau van de taxonomie van Bloom.

Activiteit 3: Analyseren

Analyseer de optische eigenschappen van een lens en geef een voorbeeld van hoe ze worden gebruikt in de moderne technologie.

Laat de leerlingen de optische eigenschappen van een lens analyseren en geef een voorbeeld van hoe ze worden gebruikt in de moderne technologie. Dit is een activiteit op het analyserende niveau van de taxonomie van Bloom.

Activiteit 4: Evalueren

Evalueer de bijdragen van Newton aan de wetenschap en beargumenteer welke bijdrage het belangrijkst is en waarom.

Laat de leerlingen de bijdragen van Newton aan de wetenschap evalueren en beargumenteren welke bijdrage het belangrijkst is en waarom. Dit is een activiteit op het evaluerende niveau van de taxonomie van Bloom.

Groepstaak

Werk in groepen van drie om een presentatie te maken over hoe de wetten van Newton, optica of calculus worden toegepast in de moderne technologie.

Laat de leerlingen in groepen van drie werken om een presentatie te maken over hoe de wetten van Newton, optica of calculus worden toegepast in de moderne technologie. Geef ze tijd om te onderzoeken en laat ze hun presentatie aan het einde van de les presenteren.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.