LJ1 - 2.2 Organen van planten / LJ2 - 2.2 Voedingsstoffen

• Biologie / Verzorging
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

	Vak: Biologie Hoofdstuk: 2.2 Organen van planten / 2.2 Voedingsstoffen
1.	Lesopening
2.	Lesdoel + leergebiedoverstijgende doel
3.	Arrangementen + mini-check
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie

1. Lesopening

LJ 1: Open je boek van biologie op bladzijde 86.

LJ2: Pak je boek van biologie. Je maakt de samenhang, opdracht 9 blz. 94/95

Huiswerkcontrole 

2. Lesdoel & Leergebiedoverstijgende doelen

Aan het eind van deze les kun je:

- Kun je de bouw en functie van wortels, stengels en bladeren beschrijven;

- Kun je orgaanstelsels van planten beschrijven met hun functie

Leergebiedoverstijgende doelen:

Reflecteren:

- Kijk je eigen werk na en corrigeer waar mogelijk

- Beoordeel of je de juiste prioriteiten hebt gesteld en geef aan welke gevolgen dit heeft voor je planning. 

3. Arrangementen + mini-check

 Verdiept arrangement (8 gemiddeld of hoger): niemand

Iedereen doet mee met de mini-check. 

Uit welke drie onderdelen is een plant opgebouwd?

Wat is de functie van vaatbundels

Wat is de functie van nerven

Wie maakt wat? 

Had je de vragen van de mini-check goed? Dan mag je zelfstandig aan het werk. 
Je maakt opdracht 1 t/m 6 (opdr 4 niet) op blz 90/92

De rest doet mee met de instructie. 

Planten opbouw

Wortels

• Lange dikke hoofdwortels met zijwortels.
• Aan deze zijwortels zitten op het einde wortelharen.
• Wortelstelsel: alle wortels van een plant samen.
  
  

LET OP! Bollen, zoals tulpen en uien hebben geen hoofwortel of zijwortels.

Functie wortels

• Water en mineralen opnemen
  Mineralen (zouten) zijn voedingsstoffen opgelost in het water in de bodem. Met de wortelharen worden deze opgenomen. 

• Plant stevig vastzetten in de grond
  
• Reservestoffen opslaan
  Reservestoffen zijn stoffen die een plant later wil gebruiken 

Planten opbouw

Stengels

• Vaten: Lange dunne buisjes
• Vaatbundels: buisjes bij elkaar, beginnen in de wortel en gaan door de stengel naar de bladeren. 

Functie stengel

• Transport (vervoer) van stoffen 

Door  destengel gaan water en mineralen van de wortels naar bladeren. Ook glucose uit de bladeren gaan door stengel naar andere delen van de plant.

• Stevigheid geven aan de plant
  
• Twee soorten stengels

Houtachtige planten Stengels van bomen en struiken bevatten veel hout

Kruidachtige planten Stengels van andere planten bevatten bijna geen hout, stevigheid van water

Planten opbouw

Bladeren

• Nerven: geven stevigheid aan het blad en zorgen voor transport van water met voedingsstoffen aan het blad.

Functie bladeren

• Voedsel maken

Door middel van fotosynthese maken de bladeren voedsel voor de plant 

(Zie ook hoofdstuk 1.4)

6. Zelfstandig werken

Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 6 (opdr 4 niet) op blz 90/92.

Ben je klaar?

Dan kijk je je werk na

Dan ga je de samenhang op blz 94 maken.

1. Lesopening LJ2 

Open je boek van biologie op bladzijde 88.

2. Lesdoel & Leergebiedoverstijgende doelen

Aan het eind van deze les kun je:

- kun je zes groepen voedingsstoffen noemen met hun functies en kenmerken.

Leergebiedoverstijgende doelen:

Reflecteren:

- Kijk je eigen werk na en corrigeer waar mogelijk

- Beoordeel of je de juiste prioriteiten hebt gesteld en geef aan welke gevolgen dit heeft voor je planning. 

3. Arrangementen + mini-check

 Verdiept arrangement (8 gemiddeld of hoger): Bregje

Je maakt opdracht 1 t/m 8 (opdr 5 en 6 niet) op blz 82/83

De rest doet mee met de mini-check. 

Voedingsmiddel of voedingsstof
Vitaminen

1. Voedingsmiddel
2. Voedingsstof

Voedingsmiddel of voedingsstof?
Koolhydraten

1. Voedingsmiddel
2. Voedingsstof

Wat is geen voedingsstof?

1. Eiwitten
2. Vetten
3. Koolhydraten
4. Vlees

Welke voedingsstoffen heb je nodig Om ziektes te voorkomen?

1. Vitamine/Mineralen
2. Eiwitten/koolhydraten
3. Koolhydraten/Eiwitten
4. Vitamine/Koolhydraten

Wie maakt wat? 

Had je 3 of 4 vragen van de mini-check goed? Dan mag je zelfstandig aan het werk. 
Je maakt opdracht 1 t/m 7 op blz 90 t/m 93.

De rest doet mee met de instructie. 

4. Instructie
Voedingsmiddelen:

• Alles wat je eet en drinkt 

Voedingsstoffen:

1. Eiwitten
   
2. Koolhydraten
3. Vetten
4. Water
5. Mineralen
6. Vitaminen

4 functies van voedingsstoffen:

1. Brandstof: Leveren de energie 
   
2. Bouwstof: zorgen voor groei,ontwikkeling en herstel
3. Reservestof: Zijn stoffen die je lichaam niet meteen nodig heeft
4. Beschermende stof: Zorgen ervoor dat je niet ziek wordt

Eiwitten

Belangrijke bouwstof

• Vorming van nieuwe cellen
• Opbouw van spieren

Te veel eiwitten > brandstof of omzetten in reservestof

Koolhydraten

Belangrijke brandstof

Suikers, zetmeel en glycogeen

Te veel koolhydraten > omgezet in vet

Vetten

Vooral brandstof

Ook bouwstof en reservestof

Te veel vet wordt opgeslagen onder de huid. 

Water

Lichaam 60% water

Bouwstof

Nodig voor vervoer van stoffen in het lichaam

Mineralen

Worden ook wel zouten genoemd

Calcium, natrium, magnesium en ijzer.

Bouwstof en beschermende stof

Vitaminen

Bouwstof en beschermende stof

Te weinig vitaminen > ziek

Vitamine A, B, C, D en K

Voedingsvezels

• Stoffen uit planten die je lichaam niet kan verteren
  
• Voedingsvezels zijn nodig voor een goede darmwerking
  

5. Begeleid inoefenen

Had je geen of 1 vraag goed bij de mini-check -->

Dan maken we samen opdracht 2 en 4. 

6. Zelfstandig werken

LJ 1 - Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 6 (opdr 4 niet) op blz 90/92.

LJ 2 - Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 7 op blz 90 t/m 93.

Ben je klaar?

Dan kijk je je werk na

LJ 1 - Daarna maak je de samenhang op blz. 94

LJ 2 - Daarna ga je paragraaf 2.1 en 2.2 online oefenen

7. Evaluatie LJ1

Hoe ging de les?

Zijn er nog onderdelen die je lastig vindt?

Lesdoel:

- Kun je de bouw en functie van wortels, stengels en bladeren beschrijven?

- Kun je orgaanstelsels van planten beschrijven met hun functie?

7. Evaluatie LJ2

Hoe ging de les?

Zijn er nog onderdelen die je lastig vindt?

Lesdoel:

- kun je zes groepen voedingsstoffen noemen met hun functies en kenmerken?

Huiswerk & Toetsen

Huiswerk LJ1: 

Donderdag 10 november

2.2 opdracht 1 t/m 6 (4 NIET)

Huiswerk LJ2: 

Donderdag 10 november

2.2 opdracht 1 t/m 7 

Toetsen LJ1: 

Toetsen LJ2: