Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 40 min
Éléments de cette leçon
Formuleren Variatie in woordgebruik en zinsopbouw
Waar let je op bij het schrijven van een tekst?
Slide 1 - Diapositive
Lesdoelen
Je kunt synoniemen gebruiken bij het schrijven van teksten.
Je kunt variëren in zinsopbouw bij het schrijven van teksten.
Slide 2 - Diapositive
Wat is het verschil?
De man is naar Delfzijl gefietst. Daar heeft de man een uitsmijter gegeten. De man heeft van de uitsmijter genoten.
De man is naar Delfzijl gefietst. Daar at hij een uitsmijter, waarvan hij genoot.
Slide 3 - Diapositive
Variatie in woordgebruik
Synoniemen:
Lawaai-herrie, moeilijk-ingewikkeld.
Een tekst met steeds dezelfde woorden is saai. Daarom is het beter om synoniemen te gebruiken.
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Vidéo
Slide 6 - Vidéo
Synoniemen voor leraar
Slide 7 - Carte mentale
Synoniemen voor wedstrijd
Slide 8 - Carte mentale
Synoniemen voor vriend
Slide 9 - Carte mentale
Verwijswoorden
Teksten zijn erg saai als ze steeds dezelfde woorden bevatten.
Verwijswoorden zijn een goede oplossing.
Voorbeelden: hij, zij, deze, die, enz.
Slide 10 - Diapositive
Variatie in woordgebruik
Verwijswoorden:
hij, ze, zij, hem, haar, het
deze, die, dat, dit
De man die naar huis loopt --> die verwijst naar ‘de man’
Slide 11 - Diapositive
Waarnaar verwijst een verwijswoord?
Naar iets, of iemand, naar een plek of naar een gebeurtenis.
Waarom worden deze verwijswoorden gebruikt?
Slide 12 - Diapositive
Verbeter de volgende zin: Binnenkort geeft Beyoncé weer een concert in Nederland. Omdat ik Beyoncé heel goed vind, zal ik zeker proberen kaartjes te krijgen voor het concert van Beyoncé.
Slide 13 - Question ouverte
Variatie in zinsopbouw
Zinsopbouw: de volgorde van zinsdelen.
onderwerp (O), persoonsvorm (P), ander zinsdeel (A)
OPA is meest voorkomend.
Anders: APO of POA
voorbeeld: Zo kun je het boerenleven van de vijftiger jaren ervaren.
Slide 14 - Diapositive
Herschrijf de zin APO. Mijn moeder gaat vanmiddag boodschappen doen.
Slide 15 - Question ouverte
Herschrijf de zin POA. Vanmiddag gaat mijn moeder boodschappen doen.
Slide 16 - Question ouverte
Wat is de zinsvolgorde in deze zin: Heb je zin in een dagje Efteling?
A
POA
B
OPA
C
APO
D
PA
Slide 17 - Quiz
Ik weet wat een synoniem is.
😒🙁😐🙂😃
Slide 18 - Sondage
Wat is de zinsvolgorde in de volgende zin: Het wordt een spannende wedstrijd tussen Ajax en Feyenoord.
A
APO
B
OPA
C
POA
D
PA
Slide 19 - Quiz
Ik kan mijn tekst aantrekkelijker maken door te variëren in woordgebruik.