A1b bespreken geformuleerde antwoorden leesvaardigheid pwwk 2

proeftoets
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

proeftoets

Slide 1 - Diapositive

Wat doen we deze les?

  • We bekijken deze les een aantal geformuleerde antwoorden van jullie;
  • We bekijken de laatste theorie;
  • Jullie maken de theorievragen af.
  • Jullie oefenen met woorden leren (powerpoint Magister)
  • De antwoorden van h.5 staan bij het huiswerk van morgen.
  • Oefen voor het proefwerk nog een paar teksten die je dan zelf kritisch nakijkt.




Slide 2 - Diapositive

Vraag 4: het ideale antwoord - antwoordmodel

Het verschil met 'gewoon koud douchen'en de methode van Wim Hof is dat Wim Hof zich blootstelt aan extreme kou (in plaats van ‘gewone’ kou) en hij doet ook nog ademhalings- en meditatieoefeningen.

Slide 3 - Diapositive

A1b vraag 4

jullie antwoorden

het was veel extremer

De methode van Wim Hof is veel extremer dan gewoon koud douchen

bij de methode van Wim Hof gebruik je ademhalings- en meditatieoefeningen en bij gewone methode stap je gewoon onder de douche

De methode van Wim Hof is koud zwemmen(ijswater) en ademhaling- en meditatieoefeningen, dat is anders dan gewoon koud douchen.

bij gewoon koud douchen stap je gewoon de douche in en dan bij de methode van Wim hof is veel extremer en doe je ook ademhalingsoefeningen en meditatie en je word blootgesteld aan extremere kou

met de manier van Wim Hof worden je klachten minder en van de manier om gewoon koud te douche verbrand je vetten en suikers

die van wim hof heeft ook nog ademshaling technieken en meditatie


 







Slide 4 - Diapositive

Vraag 7b: het ideale antwoord - antwoordmodel

   7b. 1. De mannen in Polen hadden gezwommen in ijswater en
          2. De mannen hadden in een zwembroek in de sneeuw gelegen

          1. De mannen hadden gezwommen in ijswater en in de sneeuw gelegen
          2. en ze zwommen steeds langer in het ijswater en ze lagen steeds
            langer in de sneeuw

        1. De mannen hadden gezwommen in ijswater en in de sneeuw gelegen
        2. Ze deden ademhalings – en meditatietechnieken

         1. Ze deden ademhalingstechnieken
         2. Ze deden meditatietechnieken



Slide 5 - Diapositive

A1b vraag 7b

jullie antwoorden


ijswater en sneeuw

Wat ze deden in Polen en wat voor oefeningen ze deden



 







Slide 6 - Diapositive

A1b
vraag 12

Ideale antwoord

Mariëtte Boon zegt dat de kou ervoor zorgt dat je meer vetten en suikers verbrandt tot warmte (Je valt ervan af). Dit kan echt iets betekenen in de strijd tegen overgewicht.

Slide 7 - Diapositive

A1b vraag 12


ze zorgen voordat je goede conditie

De kou zorgt ervoor dat je 'goede' bruine vetten actiever worden.

Dat er goede bruine vetten vrij komen en dan verbrand je meer andere vetten en suikers tot warmte en dan kan je afvallen

Om vet te verliezen, en dus af te vallen.

voor een frisse start in de ochtend, en je helpt met overgewicht

dat het ervoor zorgt dat je bruine vet actiever word en daardoor verbrand je meer vetten en suikers tot warmte

om af te vallen en dat je bruine vet actief word







  







Slide 8 - Diapositive

Laatste theorie van h.5

Slide 9 - Diapositive

Tekst en beeld
Bij of in teksten zie je vaak verschillende soorten beelden, zoals:

  • foto's, 
  • tekeningen, 
  • illustraties, 
  • schema's, 
  • animaties, 
  • pictogrammen en 
  • infographics.



Met beelden kun je een gesproken of geschreven tekst verduidelijken, aanvullen of levendiger maken.

Slide 10 - Diapositive

Denk aan deze tips als je beeld toevoegt aan je tekst:

  • Gebruik alleen beelden bij de belangrijkste onderwerpen.

  •  Gebruik een beeld om iets ingewikkelds uit te leggen.

  • Kies goede beelden met mooie kleuren. Nietszeggende of onduidelijke afbeeldingen versterken je tekst niet.

  • Gebruik niet te veel beelden. Eén 'sterke' afbeelding heeft meer effect dan tien matige afbeeldingen.

Slide 11 - Diapositive

verschillende doelen van illustraties:

1. De illustratie kan als doel hebben de tekst te verfraaien of
   levendiger te maken. 
   De schrijver kiest een illustratie die bij de tekst past.

 

Slide 12 - Diapositive

2. De illustratie kan als doel hebbende aandacht trekken

    De schrijver kiest voor een opvallende  
    afbeelding bij de tekst.




 

Slide 13 - Diapositive

3. De illustratie kan als doel hebben de informatie uit de tekst
    te verduidelijken.

De schrijver zet bijvoorbeeld informatie uit de tekst overzichtelijk in een schema of tabel.






 

Slide 14 - Diapositive

3. De illustratie kan als doel hebben de informatie uit de tekst
    te verduidelijken.







 

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive


Een ingewikkeld verhaal over de werking van vitamine C in je lichaam

Welke illustratie past hierbij?


Slide 17 - Question ouverte


Een tekst over de caloriebehoefte van vrouwen en mannen in diverse leeftijdscategorieën.

Welke illustratie past hierbij?


Slide 18 - Question ouverte


Een tekst waarin uitgelegd wordt wat de snelste route naar het zwembad is.

Welke illustratie past hierbij?


Slide 19 - Question ouverte


Een verslag van een sportwedstrijd.

Welke illustratie past hierbij?


Slide 20 - Question ouverte

Maak de vragen over de theorie van h.3 en h.5
af (Magister)

Ga aan de slag met woorden leren (zie powerpoint in Magister bij het huiswerk van morgen).

Slide 21 - Diapositive