Uitleg H3 leerdoel 3, 4 en 5

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

H3 Wortels

Ga rustig zitten op je plek.

Leg je wiskunde spullen op tafel en iPad 

omgedraaid dicht in de hoek van je tafel neer.

Opbouw les 

• Start
• Vragen over leerdoel 1 en 2
• Lesdoelen
• Uitleg
• Aan de slag
• Afsluiting

Vragen over het huiswerk?

Lesdoel

In deze les ..

.. gaan we kijken 

.. leer je werken met een staaf- en lijndiagram.

.. 

Ik kan werken met wortels.

Wortels van getallen

Een wortel en kwadraat heffen elkaar op!

√​81​​​=9

9​2​​=81

Leer de kwadraten van 1 t/m 16, 20 en 25 uit je hoofd!

Tegengestelde getallen

Twee getallen met de som 0 heten tegengestelde getallen.

-4 en 4 zijn elkaars tegengestelden, want -4+4=0.

voor -√4   en  √4  geldt hetzelfde.

Een wortel uit een negatief getal bestaat niet!

Afronden van het antwoord.

Exacte antwoord --> geheel getal of wortel laten staan.

√16=4          √15= √15

Antwoord bij benadering --> afronden op 2 decimalen.

√15 ≈ 3,87

Ik kan wortels optellen en aftrekken.

Wortels optellen en aftrekken

Gelijksoortige wortelvormen kun je herleiden!

3√​2​​​+5√​2​​​=

3√​3​​​−5√​3​​​=

Wortels optellen en aftrekken

Gelijksoortige wortelvormen kun je herleiden!

3√​2​​​+5√​2​​​=8√​2​​​

3√​3​​​−5√​3​​​=−2√​3​​​

Wortels optellen en aftrekken

Gelijksoortige wortelvormen kun je herleiden!

3√​2​​​+5√​2​​​=8√​2​​​

3√​3​​​−5√​3​​​=−2√​3​​​

3√​5​​​−2√​7​​​≠

De wortels zijn niet gelijk.

Ik kan wortels vermenigvuldigen.

Wortels vermenigvuldigen

3√​2​​​⋅5√​3​​​=

3√​3​​​⋅5√​3​​​=

Wortels vermenigvuldigen

3√​2​​​⋅5√​3​​​=3⋅5⋅√​2⋅3​​​=15√​6​​​

3√​3​​​⋅5√​3​​​=15√​9​​​=15⋅3=45

Wortels vermenigvuldigen

Re

Rekenregel: 

3√​2​​​⋅5√​3​​​=3⋅5⋅√​2⋅3​​​=15√​6​​​

3√​3​​​⋅5√​3​​​=15√​9​​​=15⋅3=45

a√​b​​​⋅c√​d​​​=ac√​bd​​​

Ik kan wortels vereenvoudigen

paragraaf 3.4

Onder één wortel schrijven

2√​6​​​=

3√​2​​​=

Onder één wortel schrijven

2√​6​​​=√​4​​​⋅√​6​​​=√​4⋅6​​​=√​24​​​

3√​2​​​=√​9​​​⋅√​2​​​=√​18​​​

Vereenvoudigen van wortels

√​75​​​=

√​40​​​=

Vereenvoudigen van wortels

√​75​​​=√​25⋅3​​​=√​25​​​⋅√​3​​​=5√​3​​​

√​40​​​=√​4​​​⋅√​10​​​=2√​10​​​

Aan de slag

Maak een begin met de weektaak.

De leerdoelen 3,4 en 5 moeten voor maandag 26 oktober af zijn.

Afsluiting

Hoe ging het vandaag?

Afsluiting

1)

2)

3) 

4)

5)    

12−3​2​​+2⋅4=

√​4,45​​​≈

Geef een benadering.

8√​41​​​−4√​81​​​=

Schrijf zo kort mogelijk.

Schrijf zo kort mogelijk.

Bereken en vereenvoudig.

5√​6​​​⋅3√​3​​​=

Bereken en noteer je tussenstappen.

a=4b⋅5b⋅−2b