Bs.3 Zenuwstelsel - hersenen & ruggenmerg-3

• biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Thema 1 Regeling en Waarneming  

Benodigheden

- Boek & Binas

- Schrift

- Pen, potlood, etc

- Rekenmachine

Cijfer

- NEE

Lessonup

- JA!

Tassen in

de tassenkast

Telefoons op de hoek van de tafel

today''s program 

terugblik vorige les 

leerdoelen: je kunt

• de belangrijkste onderdelen van de hersenen benoemen en de functies ervan beschrijven 
• de belangrijkste onderdelen van het ruggenmerg benoemen 
• de reflexboog van de knieboogreflex beschrijven

Waar liggen de schakelcellen?

1. Buiten het centrale zenuwstelsel
2. In de zintuigen
3. In het centrale zenuwstelsel
4. In de zenuwen

In welke richting geleiden gevoelszenuwcellen/ sensorische neuronen impulsen?

1. Naar het centrale zenuwstelsel toe
2. Van het centrale zenuwstelsel af

Hoe heten de onderdelen 1 en 5?

1. 1 = axon 5 = myelineschede
2. 1= dendriet 5 = axon
3. 1 = dendriet 5 = myelineschede
4. 1 = cellichaam 5 = synaps

In de afbeelding hiernaast is schematisch weergegeven hoe enkele zenuwcellen impulsen geleiden vanuit de huid naar een spier. De pijlen geven de richting van de impulsen aan.

Waar bevindt zich een axon of waar bevinden zich axonen?

1. van P naar synaps en van R naar ruggenmerg
2. van vinger naar R en van Q naar spier
3. van R naar ruggenmerg en van Q naar spier
4. van vinger naar R en van P naar synaps

opdracht HERSENEN

1. De uitgedeelde kopie bevat een plaatje met de centra in de hersenen/verlengde merg. Leer deze uit je hoofd 
2. Beschrijf het verschil in functie van de  primaire en secundaire sensorisch centra.
3. Beschrijf het verschil in functie van de primaire en secundaire motorische centra.
4. Noem m.b.v. BiNaS 88C2 ten minste twee centra in de grote hersenen die betrokken zijn bij het leren spreken van een vreemd taal.
5. Wijs in BiNaS 88C3 aan waar de centrale groeve zich bevindt, wijs in 88C2 aan waar de primaire centra zijn voor de hand
6. Leg met BiNaS 88C3 uit wat het verschil is tussen de motorische en sensorische homunculus (= primaire centrum)

primair sensorisch: bewust worden wat je waarneemt

secundair sensorisch: associatie = koppelen aan eerdere ervaringen

primair motorisch: ontstaan impulsen voor bewuste bewegingen

secundair motorisch: afstemming van impulsen die vanuit nabijgelegen 

bewegingscentra 

Broca: taalproductie

Wernicke: taalbegrip 

--> let op: nieuwe inzichten maken duidelijk dat ook de nabijgelegen delen van de hersenen een rol hebben. 

Ook hypothalamus in verband met geheugen. 

opdracht ruggenmerg 

• maak een samenvatting (liefst concept map) van de paragraaf ruggenmerg 
• ga dan door naar de volgende dia en probeer aan jezelf uit te leggen wat je in de twee afbeeldingen kunt zien. 

leg aan je klasgenoot uit wat de onderdelen in deze plaatjes voor functie hebben 

bespreking 

• opdr 28 t/m 30

wat stelt de witte stof voor?

https:

leg aan jezelf de kniepeesreflex uit

huiswerk

leer 'ruggemerg & bewuste reacties en reflexen

maak opdrachten  15