Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 50 min
Éléments de cette leçon
Chemisch rekenen
Chemisch rekenen
Slide 1 - Diapositive
Onderwerpen
Machten van 10 (102,103, etc..)
Grootheden en eenheden
Omrekenen met eenheden
Significantie
Slide 2 - Diapositive
Ezelsbruggetje
2 000 000 schrijf je als: 2 * 106
0,023 schrijf je als: 2,3 * 10-2
1 000 000
0,00 000 1
Slide 3 - Diapositive
Grootheden en eenheden
Grootheid = iets dat je kunt meten
Eenheid = de maat waarin je de grootheid meet
Slide 4 - Diapositive
Grootheden en eenheden
Grootheid = iets dat je kunt meten
Eenheid = de maat waarin je de grootheid meet
Voorbeeld:
De lengte van de tafel is 60cm
Lengte (grootheid), cm (eenheid)
Slide 5 - Diapositive
Eenheden omrekenen
Eenheden kun je omrekenen
Zo kan je van cm omrekenen naar meter
Slide 6 - Diapositive
Significantie
Wat is meer nauwkeurig:
15 meter
1500 cm
Slide 7 - Diapositive
Significante cijfers
Significantie met vermenigvuldigen en delen
Significantie met optellen en aftrekken
Slide 8 - Diapositive
Significantie met vermenigvuldigen en delen
Bij vermenigvuldigen en delen is de significantie van het antwoord altijd gelijk aan de laagste significantie
bv. 30,0 * 2,0 = 60
Want 2,0 heeft 2 significante getallen en 30,0 heeft 3
Slide 9 - Diapositive
Significantie met vermenigvuldigen en delen
Bij vermenigvuldigen en delen is de significantie van het antwoord altijd gelijk aan de laagste significantie
bv. 30,0 * 2 = 6 * 101
Want 2 heeft 1 significant getal en 30,0 heeft 3
Slide 10 - Diapositive
Significantie met
optellen en aftrekken
Bij optellen en aftrekken is de significantie van het antwoord altijd gelijk aan de laagste hoeveelheid decimalen. Je kijkt dus naar het aantal getallen achter de komma