Marktonderzoek les 7 theorie

Marktonderzoek les 7 theorie
1 / 40
suivant
Slide 1: Diapositive
MarktonderzoekMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 40 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Marktonderzoek les 7 theorie

Slide 1 - Diapositive

Deze week
Herhalen week 6
Onderzoeksvormen enquete / interview
Methode internetgedrag

2.4 uitleg steekproef manieren 

Slide 2 - Diapositive

Lees de casus
Een supermarktketen wil onderzoeken hoe klanten hun nieuwe winkelconcept ervaren, waarbij kassaloos betalen en een breder biologisch assortiment centraal staan. Ze willen duidelijke, vergelijkbare gegevens verzamelen uit verschillende filialen om te bepalen of het concept succesvol is en welke verbeteringen nodig zijn. Ze kiezen ervoor klanten in verschillende filialen te gaan interviewen.

Slide 3 - Diapositive

Wat is de meest geschikte vorm van van interviewen?
Ongstructureerd
Gestructureerd
Half-gestructureerd

Slide 4 - Sondage

Leg uit waarom

Slide 5 - Question ouverte

Het goede antwoord is
A
Ongestructureerd
B
Half-gestructureerd
C
Gestructureerd

Slide 6 - Quiz

2.3 internetgedrag volgen en onderzoeken

  • Zoekmachineanalyse (Google Analytics)
  • Social media monitoring
  • Conversietracking 

Slide 7 - Diapositive

Wanneer zet je welke in?
Opdracht 
Overleg met elkaar en schrijf op:
  • wanneer zet je welke vorm in?
  • wat zijn daar de voordelen van?
  • wat zijn daar de nadelen van?

Slide 8 - Diapositive

Casus internetgedrag
Een duurzaam modebedrijf, MUD Jeans, wil bekender worden en beter begrijpen wat klanten over hun merk zeggen. Na de lancering van een nieuwe kledingcollectie wil het bedrijf weten hoe mensen reageren, of ze positief of negatief zijn, en op welke kanalen ze het beste hun doelgroep kunnen bereiken.

Slide 9 - Diapositive

Wat is de meest geschikte methode?
zoekmachine analyse
social media monitoring
conversie-tracking

Slide 10 - Sondage

Waarom?

Slide 11 - Question ouverte

Het juiste antwoord is
A
Zoekmachine-analyse
B
Social media monitoring
C
Conversietracking

Slide 12 - Quiz

Lees de casus
My Jewellery wil haar online omzet verhogen. De afgelopen maanden heeft het bedrijf flink geïnvesteerd in online advertenties op Google en social media, maar het is onduidelijk welke campagnes daadwerkelijk leiden tot aankopen. Het marketingteam merkt dat er wel veel bezoekers op de website komen, maar weet niet precies welke advertenties het meest effectief zijn in het omzetten van bezoekers naar kopers.

Slide 13 - Diapositive

Wat is de meest geschikte methode?
zoekmachine analyse
social media monitoring
conversie-tracking

Slide 14 - Sondage

Waarom?

Slide 15 - Question ouverte

Het juiste antwoord is
A
Zoekmachine-analyse
B
Social media monitoring
C
Conversietracking

Slide 16 - Quiz

2.4 Methode steekproeftrekking
Een steekproef is een selectie uit een populatie.
Je doet een steekproeftrekking als de populatie te groot is om volledig te onderzoeken en je wel een betrouwbare conclusie wilt trekken.

Slide 17 - Diapositive

Van populatie naar steekproef
Steekproefgrootte bepalen:
zie ook les ALA- checkmarket steekproefcalculator
Netto respondenten: zoveel echte respondenten heb je nodig
Bruto respondenten: zoveel mensen moet je benaderen om mee te doen met jouw field research.
Als je weet hoeveel bruto respondenten
je nodig hebt
kun je je soort steekproef bepalen

Slide 18 - Diapositive

Steekproef bepalen

Slide 19 - Diapositive

Twee hoofdsoorten steekproef
1. A-selecte steekproef
Dit is gebaseerd op random sampling. Iedereen uit de populatie heeft evenveel kans om in de steekproef opgenomen te worden. Representatief.
2. Selecte steekproef. Hierbij  worden de respondenten bewust geselecteerd. Minder representatief.

Slide 20 - Diapositive

Welke steekproef is a-select samengesteld?
A
Je doet onderzoek naar de gemiddelde bestedingen in een winkel. Aan het einde van de dag analyseer je alle betalingen en reken je het gemiddelde uit.
B
Je doet onderzoek naar bezoekers van een winkelcentrum. Iedere tiende bezoeker die binnenloopt, vraag je om mee te werken.
C
Je doet onderzoek naar een nieuw product. Op Facebook plaats je een oproep om mee te werken aan een beoordeling.
D
Je doet onderzoek naar de mening van klanten over bepaalde hardloopschoenen. Je stelt iedereen die op één dag een paar van die schoenen heeft gekocht, enkele vragen.

Slide 21 - Quiz

A-selecte steekproef verschillende vormen 
  • Enkelvoudige steekproef: volkomen willekeurig
  • Systematische steekproef: bv elke tiende persoon  wordt gekozen;
  • Gestratificeerde steekproef: je neemt een groep, die je vervolgens weer opdeelt op basis van bepaalde kenmerken  zoals geslacht of leeftijd
  • Clustersteekproef: Je kiest een groep zoals een team of een vriendengroep
  • Getrapte steekproef: een steekproef uit een populatie, waarna je nog één of meerdere steekproeven trekt (steeds kleinere eenheden in iedere fase)
.

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Voorbeeld enkelvouige steekproef 
Dus: volkomen willekeurig - volledig a-select
Een supermarktketen wil weten hoe tevreden klanten zijn over hun nieuwe kassasysteem. Ze nemen willekeurig 200 klanten uit hun database en sturen hen een enquête. Iedereen heeft evenveel kans om gekozen te worden.

Slide 24 - Diapositive

Voorbeeld systematische steekproef 
Een vliegtuigmaatschappij wil feedback over de service aan boord. Ze besluiten om na elke tiende passagier die incheckt een enquête af te nemen, zodat ze een goed verspreide groep reizigers ondervragen.

Slide 25 - Diapositive

Voorbeeld: gestratificeerde steekproef
eerlijk verdeeld over groepen 
Een universiteit wil weten hoe tevreden studenten zijn over het onderwijs. Ze verdelen de studenten eerst in verschillende studierichtingen en nemen dan uit elke studierichting een even groot aantal studenten om een representatieve groep te krijgen.
Gest          Dus: Eerst opdelen in groepen en dan uit elke groep een aantal mensen kiezen

Slide 26 - Diapositive

Voorbeeld clustersteekproef 
hele groepen kiesen

Een bedrijf wil weten hoe werknemers hun werkplek ervaren. In plaats van willekeurige individuen te selecteren, kiezen ze complete afdelingen (bijvoorbeeld alleen het marketingteam of de IT-afdeling) om te ondervragen.
                                    Dus: Eerst opdelen in groepen en dan een paar hele groepen kiezen.

Slide 27 - Diapositive

Voorbeeld getrapte steekproef
Een getrapte steekproef wordt in meerdere fasen uitgevoerd. In elke fase wordt er aselect een deelpopulatie gekozen. Bijvoorbeeld:
Eerste trap: Je kiest willekeurig een aantal steden in Nederland.
Tweede trap: Binnen deze steden selecteer je willekeurig een aantal buurten.
Derde trap: Binnen deze buurten kies je willekeurig een aantal huishoudens.

Slide 28 - Diapositive

Getrapte steekproef

Slide 29 - Diapositive

De overheid wil met een representatieve steekproef onderzoeken wat 60-plussers in Nederland vinden van flexibele pensionering. Er is geen openbaar bestand waar alle 60-plussers van Nederland in staan.
Welke methode van steekproeftrekking is in dit geval het meest geschikt?
A
Gestratificeerde steekproef
B
Getrapte steekproef
C
Sneeuwbalsteekproef
D
Volledig aselecte steekproef

Slide 30 - Quiz

Een grote sportschoolketen doet onderzoek naar de behoeften van de verschillende doelgroepen. Met name de verschillen tussen mannen en vrouwen én tussen jongeren en ouderen worden in kaart gebracht. Welke methode van steekproeftrekking is in dit geval het meest geschikt?
A
Clustersteekproef
B
Gestratificeerde steekproef
C
Getrapte steekproef
D
Quotumsteekproef

Slide 31 - Quiz

Selecte steekproef
  • Quotumsteekproef 
  • Gelegenheidssteekproef
  • Sneeuwbalsteekproef

Slide 32 - Diapositive

Quotumsteekproef

Bij een quotumsteekproef stelt de onderzoeker vooraf bepaalde categorieën (quota) vast, zoals leeftijd, geslacht of opleidingsniveau, en verzamelt vervolgens respondenten totdat elk quotum is gevuld. Deze worden dus gericht gekozen en niet willekeurig!

Slide 33 - Diapositive

Quotum voorbeeld
Voorbeeld: Een bedrijf wil weten hoe mannen en vrouwen denken over een nieuw frisdrankmerk. Ze bepalen dat ze 100 mannen en 100 vrouwen willen ondervragen, en enquêteurs op straat spreken doelgericht mensen aan totdat ze dat aantal hebben bereikt. Dit is niet willekeurig, want ze kiezen bewust mensen totdat de quota vol zijn.
Minder representatief

Slide 34 - Diapositive

Gelegenheidssteekproef
Deelnemers worden geselecteerd op basis van hun beschikbaarheid en bereidheid om deel te nemen aan het onderzoek in plaats van hen willekeurig uit de populatie te selecteren. Een onderzoeker wil weten hoe klanten een nieuwe indeling van een supermarkt ervaren. In plaats van een willekeurige steekproef uit alle klanten te nemen, ondervraagt
 hij alleen de eerste 50 klanten die op dinsdagochtend de winkel binnenkomen.
Minder representatief

Slide 35 - Diapositive

Sneeuwbalsteekproef
Bij een sneeuwbalsteekproef vraag je aan de al geworven respondenten om voor jou nieuwe respondenten te werven.
Een onderzoeker wil het sociale netwerk van illegale arbeidsmigranten in Nederland bestuderen. Omdat deze groep moeilijk te bereiken is, begint hij met één persoon die hij via een sociaal werker kent. Deze persoon introduceert hem bij twee anderen, die op hun beurt weer nieuwe deelnemers aandragen. Zo groeit de steekproef geleidelijk


Slide 36 - Diapositive

Casus steekproef
Lisa is een student Marketing en moet voor haar  een kleine studie uitvoeren naar de koffievoorkeuren van studenten. Ze heeft beperkte tijd en middelen en moet binnen een week minstens 50 enquêtes afnemen.
Welke steekproefmethode is in deze situatie het meest geschikt?

Slide 37 - Diapositive

Welke steekproefmethode is in deze situatie het meest geschikt?
Leg ook uit waarom

Slide 38 - Question ouverte

Casus steekproef
Een grote supermarktketen wil weten hoe tevreden klanten zijn over de service in hun winkels. Omdat de ervaringen kunnen verschillen per type winkel (bijvoorbeeld grote filialen in de stad versus kleine buurtwinkels), willen de onderzoekers dat alle soorten winkels goed vertegenwoordigd zijn in het onderzoek.
Welke steekproefmethode is in deze situatie het meest geschikt?

Slide 39 - Diapositive

Welke steekproefmethode is in deze situatie het meest geschikt?
Leg ook uit waarom

Slide 40 - Question ouverte