Lezen Blok 4 TL

Lezen TL Blok 4
Doelen: 
  • Je kan een signaalwoord voor een opsomming, tegenstelling en voorbeeld herkenning in een tekst
  • Je kunt zins- en alineaverbanden met een opsomming, tegenstelling en voorbeeld benoemen
  • Je kan een kernzin formuleren met behulp van verschillende zinnen uit een alinea

    1 / 10
    suivant
    Slide 1: Diapositive
    NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

    Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

    time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

    Éléments de cette leçon

    Lezen TL Blok 4
    Doelen: 
    • Je kan een signaalwoord voor een opsomming, tegenstelling en voorbeeld herkenning in een tekst
    • Je kunt zins- en alineaverbanden met een opsomming, tegenstelling en voorbeeld benoemen
    • Je kan een kernzin formuleren met behulp van verschillende zinnen uit een alinea

      Slide 1 - Diapositive

      Wat is ook alweer een kernzin?

      Slide 2 - Question ouverte

      Zins- en alineaverbanden
      Waarom zouden we verbanden tussen alinea's en zinnen gebruiken?

      Zinsverband = een verband binnen een zin of tussen zinnen.
      Alineaverband = Een verband tussen alinea's.

      Slide 3 - Diapositive

      Zins- en alineaverbanden
      Een verband wordt vaak aangegeven door een signaalwoord, soms zelfs door meerdere signaalwoorden.

      BIj elk soort verband horen eigen signaalwoorden.
      Dit betekent niet dat elk verband te zien is aan een signaalwoord, er zijn ook verbanden zonder signaalwoorden.

      Slide 4 - Diapositive

      Zins- en alineaverbanden
      Uitspraak-opsomming
      Na een uitspraak of bewering worden verschillende dingen achter elkaar opgenoemd. 

      Mogelijke signaalwoorden: ook, verder, bovendien, nog,
      daarnaast, niet alleen … maar ook, ten eerste, ten tweede.


      Slide 5 - Diapositive

      Zins- en alineaverbanden
      Uitspraak-tegenstelling
      Na een uitspraak of bewering wordt meteen het tegengestelde beweerd. 

      Mogelijke signaalwoorden: maar, daarentegen, echter,
      integendeel, enerzijds … anderzijds, daar staat tegenover.

      Slide 6 - Diapositive

      Zins- en alineaverbanden
      Uitspraak-voorbeeld
      Een uitspraak of bewering wordt gevolgd door een of meer voorbeelden.

      Mogelijke signaalwoorden: bijvoorbeeld, als voorbeeld, zoals, zo.

      Slide 7 - Diapositive

      Filmpje
      Bekijk het volgende filmpje tot 1. 55 m. 

      Slide 8 - Diapositive

      Slide 9 - Vidéo

      Maken
      Ga naar het digitaal lesmateriaal en maak de lessen die ik hier voor je heb klaargezet van Lezen Blok 4.

      Slide 10 - Diapositive