Wereldeconomie 3.27 t/m 3.31

Welkom
5 vwo ECONOMIE  ||  2021-2022
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom
5 vwo ECONOMIE  ||  2021-2022

Slide 1 - Diapositive

Programma
  • Vorige les
  • Lesdoelen
  • Theorie
  • Aan de slag

Slide 2 - Diapositive

Leg uit wat het verschil is tussen kosteninflatie en bestedingsinflatie. (LD 1 )

Slide 3 - Question ouverte

Leg uit wat er gebeurt met de inflatie als de munt deprecieert. (LD 3 & 4)

Slide 4 - Question ouverte

Lesdoelen
Aan het einde van de les
Noemen en toelichten wat de voordelen en nadelen van flexibele wisselkoersen zijn. 
Noemen en toelichten wat de voordelen en nadelen van vaste wisselkoersen zijn. 
Beschrijven en uitleggen hoe het systeem van beperkt zwevende (stabiele) wisselkoersen met bandbreedte en interventies werkt. 
Uitleggen door welke factoren een revaluatie of devaluatie nodig kan zijn. 

Slide 5 - Diapositive

Wisselkoerssystemen
1. Flexibele
  • Zwevende
2. Beperkt zwevende wisselkoersen
3. Vaste wisselkoersen

Slide 6 - Diapositive

Flexibele wisselkoersen
Bepaald door vraag en aanbod. 
Tekorten en overschotten op de betalingsbalans zullen in theorie verdwijnen. 
Nadeel: Onzekerheid over de opbrengst van exporteurs en over de kosten van de importeurs. 
Voordeel: Betalingsbalansonevenwichtheden kunnen vanzelf verdwijnen. 

Slide 7 - Diapositive

Leg uit dat een tekort op de betalingsbalans de wisselkoers in theorie zal veranderen en het tekort afneemt.

Slide 8 - Question ouverte

Risico afdekken
Verzekeren --> transactiekosten. 
Wisselkoersafspraken maken --> beperken de schommeling. 

Slide 9 - Diapositive

Beperkt zwevende wisselkoers
Wisselkoers wordt vastgesteld --> spilkoers of pariteit. 
Binnen bepaalde marges schommelen --> bandbreedte. 
Centrale bank grijpt in als het buiten de bandbreedte komt. 

Slide 10 - Diapositive

Devaluatie en revalutie
Interveniëren op de valutamarkt is niet eindeloos. 
Devaluatie
  • Spilkoers verlagen.
  • Onder de onderste interventiekoers.
Revaluatie
  • Spilkoers verhogen. 
  • Steeds boven de interventiekoers. 

Slide 11 - Diapositive

De koers van de euro in dollars was:
in 2015: € 1 = $ 1,05 en in 2018: € 1 = $ 1,20

Er is tussen deze jaren sprake geweest van een ... van de euro.
A
depreciatie
B
appreciatie
C
devaluatie
D
revaluatie

Slide 12 - Quiz

Als de spilkoers stijgt, hebben we het over:
A
Devaluatie
B
Revaluatie
C
Depreciatie
D
Appreciatie

Slide 13 - Quiz

Aan de slag
Maken 3.27 t/m 3.31
Klaar? Nakijken.

Slide 14 - Diapositive