Vertigo & Delirium

Vertigo 
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
FarmacotherapieMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Vertigo 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vertigo: goed nieuws en slecht nieuws
  •                       Duizeligheid komt zelden door een ernstige ziekte
  •                       Duizeligheid gaat vaak vanzelf weer over

  •                        Diagnose is heel lastig door de vele oorzaken
  •                         Weinig geneesmiddelen helpen tegen vertigo




Slide 2 - Diapositive

Duizeligheid komt meestal niet door een ernstige ziekte maar het is wel heel erg lastig! Probeer maar eens normaal te functioneren terwijl alles om je heen draait.
Bij de diagnose stellen moet eerst bekeken worden waar de klachten vandaan komen, is het een combinatie van geneesmiddelen, is het een bijwerking, een hoge of lage bloeddruk of bloedsuiker gehalte. Een diagnose stellen lukt niet altijd soms blijft het onduidelijk waar de klachten vandaan komen
Werking van de geneesmiddelen is onbekend
Cinnarizine heeft een dempende werking op de hersenen.

Vertigo
* Draaiduizeligheid (Vertigo)
* Omgeving draait 
* Stoornis in de evenwichtszin 
* Komt meestal voor >65 jaar
* Oorzaak vaak onbekend (lichamelijk en psychisch) 
* Acuut, aanvalsgewijs of chronisch 



Slide 3 - Diapositive

Patiënt heeft het gevoel dat de wereld draait of dat hij zelf draait
Licht gevoel in het hoofd
Oorzaak buiten evenwichtsorgaan
gevoel van flauwvallenWe hebben in de vorige les over parkinson gezien dat een patiënt die in de fase van verdere achteruitgang zitten last krijgt van duizeligheid en in de late fase zelfs van dementie. Parkinson patiënten hebben dus vaak meerdere klachten wat weer leidt tot polyfarmacie.
Je hebt allerlei verschillende soorten van duizeligheid. vaak is de oorzaak niet te vinden.
We onderscheiden 2 soorten duizeligheid. Zie slide.
De duizeligheid kan acuut en aanvals gewijs optreden, je hebt er dan niet de hele tijd last van maar bij sommige patiënten zijn de klachten ook chronisch
Duizeligheid kan ook een bijwerking zijn van medicatie

Klachten bij vertigo 
* Duizeligheid
* Misselijkheid
* Hoofdpijn
* Oorsuizen
* Braken
* Dubbelzien 

Slide 4 - Diapositive

Patiënt heeft het gevoel dat de wereld draait of dat hij zelf draait
Licht gevoel in het hoofd
Oorzaak buiten evenwichtsorgaan
gevoel van flauwvallenWe hebben in de vorige les over parkinson gezien dat een patiënt die in de fase van verdere achteruitgang zitten last krijgt van duizeligheid en in de late fase zelfs van dementie. Parkinson patiënten hebben dus vaak meerdere klachten wat weer leidt tot polyfarmacie.
Je hebt allerlei verschillende soorten van duizeligheid. vaak is de oorzaak niet te vinden.
We onderscheiden 2 soorten duizeligheid. Zie slide.
De duizeligheid kan acuut en aanvals gewijs optreden, je hebt er dan niet de hele tijd last van maar bij sommige patiënten zijn de klachten ook chronisch
Duizeligheid kan ook een bijwerking zijn van medicatie

Medicijnen
* Cinnarizine -> dempende werking op hersenen (OTC)
* Betahistine -> werking onbekend

Bijwerkingen: slaperigheid, droge mond, hoofdpijn en misselijkheid 

Slide 5 - Diapositive

Patiënt heeft het gevoel dat de wereld draait of dat hij zelf draait
Licht gevoel in het hoofd
Oorzaak buiten evenwichtsorgaan
gevoel van flauwvallenWe hebben in de vorige les over parkinson gezien dat een patiënt die in de fase van verdere achteruitgang zitten last krijgt van duizeligheid en in de late fase zelfs van dementie. Parkinson patiënten hebben dus vaak meerdere klachten wat weer leidt tot polyfarmacie.
Je hebt allerlei verschillende soorten van duizeligheid. vaak is de oorzaak niet te vinden.
We onderscheiden 2 soorten duizeligheid. Zie slide.
De duizeligheid kan acuut en aanvals gewijs optreden, je hebt er dan niet de hele tijd last van maar bij sommige patiënten zijn de klachten ook chronisch
Duizeligheid kan ook een bijwerking zijn van medicatie

Vertigo is...
A
reisziekte
B
draaiduizeligheid
C
oorsuizen
D
slaapziekte

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke geneesmiddelen kunnen duizeligheid veroorzaken?
A
Paracetamol
B
Antihypertensiva
C
NSAID's
D
Anticonceptiepil

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Vragen?

Slide 8 - Diapositive

Patiënt heeft het gevoel dat de wereld draait of dat hij zelf draait
Licht gevoel in het hoofd
Oorzaak buiten evenwichtsorgaan
gevoel van flauwvallenWe hebben in de vorige les over parkinson gezien dat een patiënt die in de fase van verdere achteruitgang zitten last krijgt van duizeligheid en in de late fase zelfs van dementie. Parkinson patiënten hebben dus vaak meerdere klachten wat weer leidt tot polyfarmacie.
Je hebt allerlei verschillende soorten van duizeligheid. vaak is de oorzaak niet te vinden.
We onderscheiden 2 soorten duizeligheid. Zie slide.
De duizeligheid kan acuut en aanvals gewijs optreden, je hebt er dan niet de hele tijd last van maar bij sommige patiënten zijn de klachten ook chronisch
Duizeligheid kan ook een bijwerking zijn van medicatie

Delirium 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Delirium <> delier 
* Verwardheid, onrust en desoriëntatie 
* Meestal >70 jaar
* Plotselinge gedragsverandering

Oorzaken: uitdroging (diarree / slecht drinken), geneesmiddelvergiftiging of infectie met koorts

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Overig 
Een delier kan ook ontstaan bij volwassenen <70 jaar. Meestal als gevolg van alcoholvergiftiging of drugs. 

Haloperidol wordt soms voorgeschreven bij een ernstige delier. In de laatste levensfase komt een delier vaker voor.  


Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Er volgen nu een aantal vragen..

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een Delirium?
A
Het verliezen van je bewustzijn
B
Het verliezen van mobiliteit
C
Een plotselinge verwardheid
D
Geen een van bovenstaande

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

iemand met een delirium ...
A
.. is altijd onrustig
B
.. is suf en slaperig
C
.. kan zowel onrustig als stil en teruggetrokken zijn

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat wordt voorgeschreven bij een delier?

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat kan een oorzaak zijn van een delier op je 35ste?

Slide 16 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vragen?

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Er volgen nu vragen over de voorgaande 3 lessen
* Epilepsie & koortsconvulsies
* Parkinson & dementie
* Vertigo & delirium

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom wordt bij een koortsstuip een rectiole gebruikt?

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Een koortsstuip is een..
A
temperatuurdaling
B
uitbraak van zweten
C
plotselinge hoge koorts

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe lang duurt een koortsstuip?
A
Maximaal 3 minuten
B
5 - 15 minuten
C
20 minuten
D
Enkele seconden

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarbij worden benzodiazepines gebruikt?
A
Voorkomen epileptische aanval
B
Tijdens een epileptische aanval
C
Bij een parkinson aanval
D
Ter voorkoming van tremor

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij anti-epileptica mag je borstvoeding geven
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe herken je een koortsstuip?

Slide 24 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Een plaatsgebonden (in deel van hersenen) epileptische aanval is een
A
Partiële aanval
B
Gegeneraliseerde aanval

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij een gegeneraliseerde aanval is de patiënt ..
A
volledig buiten bewustzijn
B
bewustzijn is intact
C
bewustzijn is verminderd

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De merknaam van Carbamazepine is
A
Depakine
B
Keppra
C
Carbazal
D
Tegretol

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Depakine is de merknaam van
A
Valproïnezuur
B
Fenytoïne
C
Lamotrigine
D
Topiramaat

Slide 28 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij Depakine en Keppra volg je het preferentiebeleid
A
Waar
B
Niet waar

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Om de hersenactiviteit te meten wordt er gebruikt gemaakt van een.....

Slide 30 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waardoor kan een koortsstuip optreden?

Slide 31 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de meest voorkomende vorm van dementie?

Slide 32 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Rivastigmine pleisters worden gebruikt bij
A
Dementie
B
Parkinson

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk medicijn wordt voorgeschreven bij parkinson?
A
Madopar
B
Levodopa
C
Amantadine
D
Alle bovenstaande

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn symptomen bij alzheimer?

Slide 35 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is geen kenmerk van parkinson?
A
Tremor
B
Geestelijke achteruitgang
C
Monotone spraak
D
Afgevlakte emoties

Slide 36 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn bijwerkingen van geneesmiddelen bij dementie?
A
Obstipatie, misselijkheid en braken
B
Obstipatie en spierpijn
C
Diarree, misselijkheid en braken

Slide 37 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Dementie
A
Heeft een traag verlopend proces
B
Is een psychiatrische aandoening
C
Tast het lange termijn geheugen aan
D
Treedt acuut op

Slide 38 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions