Oefenen toets werkwoorden 1E kgt

Vorige lessen
- Geoefend met werkwoorden
- Persoonsvorm, heel werkwoord en voltooid deelwoord
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Vorige lessen
- Geoefend met werkwoorden
- Persoonsvorm, heel werkwoord en voltooid deelwoord

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aanstaande woensdag
Schriftelijke overhoring. 
Telt 1x mee

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leren
- Persoonsvorm
- Heel werkwoord
- Voltooid deelwoord

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn werkwoorden?

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een persoonsvorm?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe vind je de persoonsvorm?

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Vanavond gaan wij feesten!

Wat is de persoonsvorm?

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de persoonsvorm?
Gisteren heb ik televisie gekeken.

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wanneer gebruik je een voltooid deelwoord?

Als je wilt vertellen dat iets al gebeurd is, dan gebruik je een voltooid deelwoord. Voltooid betekent dat iets is afgerond.



Voorbeeld:
Het regent → Het is nu aan het regenen.
Het heeft geregend →  De regen is voorbij, het is nu droog.

Slide 9 - Diapositive

Klinkercombinaties met -r (eer/oor/eur
Hoe ziet een voltooid deelwoord eruit?

  • Het heeft altijd een ander werkwoord erbij
    (hebben, zijn of worden).
  • Begint bijna altijd met ge-.

Voorbeelden:
Ik ben gebleven, ik heb gehuild, ik word gezocht

Slide 10 - Diapositive

Klinkercombinaties met -r (eer/oor/eur
Let op
Soms begint een werkwoord al met be-, ver-, ont-, of her-. Deze krijgt dan géén ge- aan het begin van het voltooid deelwoord.

Voorbeelden: betaald, verteld, ontvoerd, hersteld.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe ziet een voltooid deelwoord eruit?

  • Het heeft altijd een ander werkwoord erbij
    (hebben, zijn of worden).
  • Begint bijna altijd met ge-.

Voorbeelden:
Ik ben gebleven, ik heb gehuild, ik word gezocht

Slide 12 - Diapositive

Klinkercombinaties met -r (eer/oor/eur
Wat is het voltooid deelwoord van
aankleden?

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het voltooid deelwoord van?

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het voltooid deelwoord van beloven?

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leer goed voor je toets!

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions