fruitsalade

• Horeca
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

Welkom!

fruitsalade

Wat heb je vorige week gemaakt?

lesdoelen

je kan terugvertellen van 1/2 is. 

je kan terugvertellen wat 1/4 is.

Je kan uitleggen waarom het belangrijk is dat je het fruit was

je kan de volgorde van afwassen opnoemen.  

theorie

hard fruit: bomen ==> appel en peer

zacht fruit: snel eten, koelkast ==> aardbei, framboos

steenfruit: harde pit ==> olijf, kers, pruim

citrusfruit: schil ruikt, persen, pellen of schillen

==> sinaasappel, limoen, citroen

tropisch fruit: evenaar, schillen, onrijp geplukt ==> 

meloen, banaan, mango

familie en vrienden

iedere cultuur/land heeft zijn eigen voedsel en gebruiken

• met handen eten of bestek. 
• s'middags warm eten, of s'avonds
• couscous, aardappel of rijst
• pittig of juist niet

noem een typisch gerecht uit jouw land/cultuur

standaard couvert

• grote vork
• grote mes
• grote lepel
• servet
• side plate (toast bordje)
• wijnglas
• waterglas

wanneer dek je een tafel in?

aan welke kant dek je de messen in?

1. rechts
2. links

wat is het verschil tussen OPdekken en INdekken?

praktische opdracht

tafel opdekken en indekken:

1. tafel schoonmaken
2. materialen verzamelen
3. spullen schoonmaken
4. tafel opdekken
5. spullen transporteren
6. tafel in dekken

vaktaal

pitten 

klokhuis

partjes

kroontje

vaktaal

scheppen

pellen

voorbereiding

we gaan 3 kleine fruitsalade maken. 

We gaan met de volgende 3 slides, onze spullen verzamelen en de keuken hygiënisch schoon maken. 

materialen

• Officemes
  
• Koksmes
  
• Snijplank 

materialen

• Afruimbak
  
• 
  Bekken  
• Kommetje  
  
• Eetlepel  

Ingredienten

•  2 druiven
  
•  1/4 appel
  
•  1/4 kiwi

Ingredienten

• 1/2 mandarijn
  
• 
  3 cm banaan  
• 
  1 aardbei  

emmer sop

1. pak het blauwe schoonmaakmiddel.

2. doe 1/2 dopje in je emmer. 

3. vul tot het 2e streepje. 

uitvoeren

je gaat nu de fruitsalade maken. 

Volg de stappen voor een goed resultaat

Stap 1

Verdeel de manderijn in partjes. 

Snij de partjes door het midden. 

Doe dit in de bekken. 

Stap 2

schil de kiwi.

snij de kiwi in plakjes. 

doe dit in de bekken. 

Stap 3

was de druiven.

snij de druif door het midden. 

verwijder de pitten.

Stap 4

was de appel. 

verwijder he klokhuis.

Stap 5

snij de appel in de lengte door het midden. 

snij de appel in plakjes.

Stap 6

pel de banaan. 

snij de banaan in 4 plakjes. 

Dit dit in de bekken. 

Stap 7

was de aardbei.

verwijder het kroontje.

Stap 8

snij de aardbei in de lengte door het midden. 

snij de aardbei in plakjes. 

Stap 9

schep het fruit door elkaar. 

VOORZICHTIG

Stap 10

schep het fruit in het kommetje. 

afronden

na het koken ga je je spullen schoonmaken en opruimen. 

je zorgt dat ze ruimte weer netjes wordt.

stap 1

Afwassen en afdrogen van het gebruikte materiaal

stap 2

maak je werkblad schoon

stap 3

Maak het fornuis schoon

stap 4

veeg en/of dweil de vloer. 

extra taak:

• vloer vegen
• vloer dweilen
• kruidenkar
• oven schoonmaken
• temperatuur
• werkbank raam
• tafel schoonmaken
• wasbak 1

extra taak:

• wasbak 1
• wasbak 2
• wasbak 3
• wasbak 4
• producten afdekken/stickeren
• bovenkast
• kopkasten

Nabespreken

kijk terug op de les. Hoe is het gegaan, wat ging super? 

zijn er ook dingen die je anders zou doen?

antwoord dit op de volgende slides

Wat ga je de volgende keer anders doen?

wat heb je geleerd deze les. Noem minimaal 1 ding

Hoe smaakte het gerecht?

1. lekker
2. niet lekker
3. een beetje lekker
4. ik heb het niet geproefd

Teken 1/4 op je papier

je kan terugvertellen wat 1/4 is.

 

Teken 1/2 op je papier

je kan terugvertellen van 1/2 is.

  

Wat doen bacteriën in jouw lichaam? 

Je kan uitleggen waarom het belangrijk is dat je het fruit was

Ik moet afwassen, welke stappen moet uitvoeren? 

je kan de volgorde van afwassen opnoemen.  

1. weggooien groot vuil. 
2. voorspoelen
3. wassen met zeep
4. afspoelen van sop
5. ondersteboven neerleggen. 

Super, je bent bij het einde, tot volgende week!