7..2 Slavernij in de koloniën 2022

Par. 7.2
Slavernij in de koloniën
1 / 50
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 50 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.

Éléments de cette leçon

Par. 7.2
Slavernij in de koloniën

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 par. 7.2
Slavernij in de koloniën

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we doen?
intro 
lezen par. 7.2 blz. 128 en 129
achtergond slavernij
suikerplantages  van Suriname
verhalen van vrijheidsstrijder Stedman en Boni


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kenmerkend aspect par. 7.2
Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme.


Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Kenmerkend aspect par. 7.2
plantagekoloniën = overzees gebied waar slaven op plantages* handelsgewassen (suiker, tabak, katoen enz.) verbouwen voor de Europese markt
trans-Atlantische slavenhandel=  handel in slaven van Afrika naar Amerika (dus via de Atlantische Oceaan)
 abolitionisme= beweging die streeft naar het afschaffen van slavernij

*plantage = groot landbouwgebied waar suiker, koffie, katoen enz wordt vebouwd

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Herleving slavernij in 16e eeuw
- in Europa was geen slavernij (vanaf de Romeinen)
-er was wel slavenhandel (in handen van Arabieren) in Afrika 
-de Europeanen konden hierbij makkelijk aansluiten.
 

=> Vanaf de 16de eeuw: uit Afrika werden slaven gehaald die naar Amerika werden gebracht.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verklaring opkomst slavernij
  • Grote behoefte aan arbeidskrachten in Amerika
  • Handel in slaven was zeer winstgevend ==> onderdeel van de driehoekshandel

  • Afrikanen waren sterk en geschikt voor het zware werk op de plantages en mijnen: de indianen waren hiervoor niet sterk genoeg gebleken.
  • De kerk trad op als beschermer van de indianen. Spaanse bisschop De Las Casas speelt hierin een grote rol!!

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

driehoekshandel: handel tussen Europa, Afrika en N-M-Z Amerika

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

deze afbeelding geeft niet de gruwelen
van de slavernij weer! Betrouwbare bron??

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

suikerplantages in Suriname
Suriname is ideaal voor het verbouwen van suiker, een gewild luxe product voor Europa
Engelse kolonisten maken van Suriname een grote plantagekolonie 
op de plantages werken Afrikaanse slaven
in 1667 komt Suriname in handen van de Republiek

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

suikerplantages in Suriname

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bron 11
‘Tussen 1500 en 1900 werden ruim 12,3 miljoen Afrikanen getransporteerd naar Amerika. Ruim 10,5 miljoen van hen overleefden de overtocht:
4,9 miljoen Afrikanen kwamen in Brazilië terecht
2,3 miljoen werden op de Britse Caraïben te werk gesteld
1,3 miljoen kwamen in Spaans-Amerika terecht
1,1 miljoen ging naar de Franse Caraïben
400.000 gingen naar Noord-Amerika.

Het Nederlandse aandeel in de totale trans-Atlantische slavenhandel was ongeveer vijf procent: 500.000 Afrikanen overleefden de overtocht naar West-Indië op voornamelijk Zeeuwse schepen. 275.000 daarvan kwamen in Suriname terecht.’

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

John Stedman en Boni
Boni = vrijheidsstrijder in Suriname (= slaaf)
John Stedman = soldaat ( in dienst van de Republiek)  die slavenopstand moest neerslaan

==> boek met gruwelijke tekeningen over zijn periode in Surinam

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

John Stedman publiceerde in zijn boek tal van tekeningen als hiernaast. Dit had  grote invloed op de anti-slavernij beweging.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

 slechte omstandigheden van de slaven raken steeds meer bekend dankzij:
1. boeken over wantoestanden (Harriet Beecher Stowe: Negerhut van oom Tom; boek van John Stedman)
2. steun van :
-grote ondernemers in Engeland  (Wedgewood)
-Britse politici: er wordt volop gelobbyd 
- steeds meer opstanden onder de slaven
==> Gevolg: Abolitionisme

Slide 24 - Diapositive

De negerhut van Oom Tom sloeg in als een bom en was een regelrechte hit. Een jaar na verschijning waren er in Amerika al meer dan 300.000 exemplaren verschenen en ook waren er al verschillende vertalingen op de markt gebracht. Het was niet geheel verwonderlijk dat het boek zo aansloeg, want in deze periode werd in Amerika, maar ook daarbuiten, steeds feller gediscussieerd over de (on)wenselijkheid van slavernij.
Abolitionisme
= beweging die streeft naar de afschaffing van de slavernij en de slavenhandel

deze beweging ontstaat eind 18e eeuw in Engeland en is geïnspireerd door:
1. christendom (goed zijn voor elkaar)
2. Verlichtingsideeën (gelijkheid/vrijheid)
3. economische ideeën van Adam Smith (slavernij is slecht voor de economie; loon prikkelt de mens tot beter werken)

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afschaffing slavenhandel en slavernij
1787: oprichting Society for Abolition of the Slave Trade (ENG)
1807: vebod op slavenhandel
1833: afschaffing slavernij in Britse koloniën
1830: afschaffing slavernij in Noorden van VS ==> leidde tot Amerikaanse burgeroorlog (1861-1865)  ==> 1865: afschaffing in  de hele VS

1814: Nederland verbiedt slavenhandel
1863: Nederland schaft slavernij af


Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De Britse aardewerkfabriek Wedgewood fabriceert 1000en porseleinen medaillons met een geketende slaaf en de tekst: Am I not a man and a brother?

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

betrouwbaarheid bron vaststellen:
1. kijk naar de maker van de bron: 
- wat is zijn doel? wil hij iets vastleggen, is het een officieel stuk?
- is er sprake van eigen mening? wil hij overtuigen? 

2. kijk ook naar de vraag die je aan de bron stelt: wat wil je weten??
iets kan feitelijk onbetrouwbaar zijn , maar wel een heel betrouwbaar beeld geven van een mening van iemand over iets

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

representativiteit van bronnen vaststellen:
  • past de bron bij andere informatie die je hebt over de tijd of het onderwerp.
  •  Geeft de bron een beeld weer dat wel of niet overeenkomt met andere bronnen? 
  • Bij welke mening past de bron wel? En bij welke minder?

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Rol van de Republiek??
- voor een relatief klein land was het aandeel aanzienlijk
-vooral vanuit Middelburg - WIC
- filmpje schooltv
- discussie is zeer actueel
-excuses?? (Lubach)

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 33 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 34 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 35 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 36 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geef een korte omschrijving van de transatlantische slavenhandel.

Slide 38 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 39 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De meeste slaven werkten op plantages. Wat werd er zoal verbouwd op plantages?

Slide 42 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 43 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke twee Nederlandse handelsmaatschappijen namen deel aan de slavenhandel?

Slide 44 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 45 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 46 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent abolitionisme?

Slide 47 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

In welk jaar werd door Nederland afgeschaft (ongeveer)?

Slide 48 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 49 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tot nu toe
7.1 Verlichting
7.2 Ancien Regime
7.3 Democratische Revoluties
7.4 Kolonialisme en Slavernij

Slide 50 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions