11-9-23 Veiligheid booster en 1.1 Woordsoorten

Nederlands
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Nederlands

Slide 1 - Diapositive

4

Slide 2 - Vidéo

00:00

A

Slide 3 - Quiz

00:00
We gaan een video kijken over de veiligheid van de Booster op de kermis.
Kijkvraag: hoe wordt deze video ingeleid en op welke hoofdvraag krijg je antwoord?

Slide 4 - Question ouverte

01:27
Hoe wordt deze video ingeleid en op welke hoofdvraag krijg je antwoord?

Slide 5 - Question ouverte

LESDOEL
Elk woord in een zin kun je benoemen.

Je weet waarom het belangrijk is om de woordsoorten te kennen.

Slide 6 - Diapositive

08:40
Ontdaan zijn...
In welke situaties?

Slide 7 - Question ouverte

Waar gaat deze les over denk je?
In tweetallen:
  1. Schrijf de onderstaande zinnen op.
  2. Benoem de woordsoorten die je (nog) kent.

Hij bestelt de boeken in de webshop.

Hij heeft de boeken besteld.

Hij heeft de bestelde boeken binnen.

Slide 8 - Diapositive

Hij bestelt de boeken in de webshop.
 

Hij heeft de boeken besteld.

Hij heeft de bestelde boeken binnen.


Slide 9 - Diapositive

TV H 1.1 Zinsdelen (blz. 254)
Hoofdstuk  1.1 Woordsoorten (blz. 254 e.v.)





Slide 10 - Diapositive

Werkwoorden

1. persoonsvorm
2. infinitief
3. voltooid deelwoord
4. tegenwoordig deelwoord

     

Slide 11 - Diapositive

De persoonsvorm (pv)
In elke zin staat een persoonsvorm. 
                               
                    De pv kan van tijd veranderen. Het werkwoord dat van                      tijd verandert, is de persoonsvorm.

De jongen fietst naar school.
De jongen fietste naar school.

Slide 12 - Diapositive

Infinitief (inf)
De infinitief is het hele werkwoord.

 


 

Marthijs wil zijn theorie-examen de eerste keer halen.

Slide 13 - Diapositive

Het voltooid deelwoord (vd)





Vandaag hebben we hard gewerkt.
Het bedrag wordt zo snel mogelijk overgemaakt.

Slide 14 - Diapositive