Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
7.6 wijk en buurt, leefbaarheid en beleid
Slide 1 - Diapositive
huiswerk bespreken
vraag 4
Zie bron 16
a. Wat is de algemene trend in de komstige bevolkingsspreiding van Nederland?
Deze wordt ongelijkmatiger / het bevolkingsaantal in de Randstad groeit en daalt in de periferie
Slide 2 - Diapositive
huiswerk bespreken
vraag 4
Een deel van de verklaring voor de trend in Bron 16 ligt in het binnelands migratiesaldo
b. Noem nog tweefactoren die het bevolkingsaantal in de Randstad bepalen?
Een positief buitenlands migratiesaldo (meer immigratie dan emigratie) en de natuurlijke bevolkingsgroei.
Slide 3 - Diapositive
huiswerk bespreken
vraag 4
In figuur 21 zie je dat in 2015 meer mesne dan in voorgaande jaren uit de grote steden naar elders in Nederland verhuisden
c. Welke stad vormt daarop een uitzondering?
Rotterdam, dat is de enige stad met een licht stijgende lijn na 2014.
Slide 4 - Diapositive
huiswerk bespreken
vraag 4
De metropoolvorming rond Amsterdam zou leiden tot een sterk groeiend bevolingsaantal in deze stad. Maar zoals je ziet in figuur 21 is er een negatief binnenlands migratiesaldo. Dit geld ook voor Den Haag
D. geef een passende verklaring voo rhet negatieve migratiesaldo
Er zijn te weinig geschikte (qua grootte, woonomgeving of prijs) woningen in deze steden, zodat mensen de stad uit trekken.
Slide 5 - Diapositive
Leerdoelen
Je begrijpt het verband tussen de kenmerken van woning, bewoners en woonomgeving.
Je begrijpt het verband tussen leefbaarheid(sociale (on)veiligheid), sociale cohesie en sociale netwerken.
Je kunt wijken en buurten vergelijken aan de hand van woningkenmerken, bewonerskenmerken, beleving van de openbare ruimte en gevoerd beleid.
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Vidéo
buurtprofiel
In een buurtprofiel staan de belangrijkste kenmerken van een wijk of buurt op een rij
buurtprofiel wordt samengesteld op basis van duizende gegevens die politie, scholen, welzijnswerk en woningcorporaties verzamelen
gezinnen met kleine kinderen, dus hoge woningbezetting
woningbeztting is er hoger
wonen mensen met hoog inkomen
studenten met laag inkomen en vrije levensstijl
gemiddeld inkomen vaak hoger
inkomen lager dan stedelijkgemiddelde
wonen hoogbetaalde werknemers afkomstig uit andere westerse landen
hoger % mensen met een migratieachtergrond van de tweede of derde generatie
mensen hebben vaker een uitkering
Slide 11 - Diapositive
De stad wordt verbouwd
stadsvernieuwing vanaf 1980
renovatie en sloop van goedkope huurwoningen --> nieuwbouw ervoor terug
bevolkingssamenstelling van wijk bleef eenzijdig en beperkt tot de lagere inkomensgroepen
Slide 12 - Diapositive
De stad wordt verbouwd
2. herstructuring vanaf 1990
sloop van naoorlogse flatwijken --> duurdere woningen voor in de plaats
Ook ontwikkelingen in de oude stations-, havens- en industriegebieden
Slide 13 - Diapositive
examenvragen
Gebruik bron 1 en de atlas.
Zaandam is vanouds een industriestad.
1. Geef aan hoeveel procent van de beroepsbevolking er werkzaam is in de industrie.
Noem ook de gebruikte kaart.
Meer dan 20% werkt in de industrie (1)
GB55 53B (1)
Slide 14 - Diapositive
Examenvraag
Poelenburg is een van de aandachtswijken in Nederland.
2. Noem drie woningkenmerken die je in die wijk kunt verwachten.
Relatief veel sociale huurwoningen
Relatief veel hoogbouw
Relatief veel woningen van direct na WOII
Relatief veel woningen die matig zijn onderhouden
Slide 15 - Diapositive
Examenvragen
In Zaandam probeert men nieuwe statushouders – mensen met een verblijfsvergunning – zoveel mogelijk gelijk over de stad te verdelen. Toch komt 33% van de statushouders in Poelenburg terecht.
3. Leg uit welk woningkenmerk daarvoor zorgt.
Uit het antwoord moet blijken dat:
- statushouders gebruik maken van sociale huurwoningen
- En dat sociale huurwoningen in Poelburg veel voor de handen zijn