woordenschat H1 H2 3BB

Welk woord past op de open plek?
'Hij deed er ............. van bij de politie.'
A
melding
B
bedreiging
C
exemplaar
D
zich vestigen
1 / 12
suivant
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

Welk woord past op de open plek?
'Hij deed er ............. van bij de politie.'
A
melding
B
bedreiging
C
exemplaar
D
zich vestigen

Slide 1 - Quiz

Noteer de betekenis van het woord 'zorgvuldig'

Slide 2 - Question ouverte

'U mag slechts meedoen, als u het formulier volledig invult.'
Wat betekent 'volledig'?

Slide 3 - Question ouverte

'Indien u het lastig vindt, kunt u hulp vragen.'
Wat betekent 'indien'?

Slide 4 - Question ouverte

Wat is een synoniem?

Slide 5 - Question ouverte

Wat zijn voorbeelden van voorvoegsels?
A
als, dan, maar
B
ten eerste, vervolgens, daarna
C
on-, wan-, non-
D
mis-, -baar, -isch

Slide 6 - Quiz

Welk woord past op de open plek?
Agenten kwam ...... kijken wat er aan de hand was.
A
ter plaatse
B
gesignaleerd
C
melding
D
gegeven

Slide 7 - Quiz

'Voor mijn opa is zijn bril onmisbaar, want hij ziet heel slecht.'
Wat betekent 'onmisbaar'.

Slide 8 - Question ouverte

'Marja is niet van gisteren, ze had ons meteen door.'
Wat betekent 'niet van gisteren'?

Slide 9 - Question ouverte

Wat zijn voorbeelden van achtervoegsels?
A
-baar, -lijk, -heid
B
-en, -te, -de
C
vanwege, indien, als
D
en, of, bovendien

Slide 10 - Quiz

'U dient een geldig pasport bij u te hebben.'
Wat betekent 'dient'?

Slide 11 - Question ouverte

'Het is eveneens nodig om op tijd te komen.'
Wat betekent 'eveneens'?

Slide 12 - Question ouverte