DRAMA | Les 6

DRAMA | LES 6

1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
DramaMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

DRAMA | LES 6

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afspraken
  • Respectvolle omgang! (Wij lachen elkaar toe, nooit uit!)
  • We hebben plezier en helpen elkaar als we er niet uitkomen
  • Passen mag
  • Fouten maken bestaat niet!
  • Probeer je tegenspeler niet te blokkeren
  • Bij twijfel, doen!
  • Positieve vibes: applaus!
  • Gebruikte attributen terug op plek
  • ..............................................


Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

NO    S

Slide 3 - Diapositive

De spelers worden verdeeld in twee teams. De eerste spelers van elk team gaan een scène spelen. Echter, zij mogen de letter S niet gebruiken. Dus de woorden met een S aan het begin of in het woord mogen niet worden gezegd. Doe je dat wel dan ben je af. De volgende speler van jouw team neemt jouw plek over en speelt verder. Er wordt gespeeld tot de scène is afgelopen, of totdat alle spelers van één team zijn geweest. Het team met de minste wissels krijgt dan een punt. Het is niet de bedoeling dat de spelers de letter S weglaten. Er mag überhaupt geen woord met een S worden gebruikt. Een speler mag dus niet zeggen: "We gaan naar de peeltuin' als hij het over de speeltuin heeft, maar moet daarvan bijvoorbeeld maken:  'We gaan naar het kinderrecreatieterrein'. Spelers mogen elkaar wel uitlokken en 'dwingen' een woord met een S te zeggen.


Speldoel: spelen met een bijna onmogelijke opdracht; durven falen, niet denken maar doen; verhaallijn volgen en erop inspelen


Suggestie:  locatie; relatie; handeling


NB:  Let erop dat het bedenken van synoniemen niet ten koste gaat van het spel. Tempo in de scène houden helpt. Het gaat er tenslotte om te leren falen, niet om de beste te zijn.

Slide 4 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions


DJEBBER

Slide 5 - Diapositive

Alle spelers staan verdeeld in de ruimte. Men is op een feestje, mensen staan bij de bar, aan een tafeltje, bij de barbecue enz. en ze staan gezellig te kletsen. Na een minuut beëindigt de spelleider de gesprekken en vraagt drie - niet met elkaar te maken hebbende - Duitse woorden aan de spelers. De spelers zetten hun gesprek weer voort, maar gebruiken nu alleen de drie gegeven woorden. Hierbij gebruiken ze intonatie en klemtonen, alsof ze echt iets vertellen. Dit wordt een paar keer herhaald, met verschillende talen (Chinees kan bijvoorbeeld met 'Bejing', 'Babi Pangang' en 'Pingpong'). Tot slot mag iedereen in het 'taaltje' dat hem het lekkerste ligt een gesprek voeren, en hier ook niet bestaande woorden bij verzinnen.


Speldoel: het ontwikkelen van 'Djebbertalk', de niet-bestaande theatersporttaal. Deze taal bestaat uiteindelijk alleen nog maar uit niet-bestaande woorden.


NB  De spelers mogen tijdens de oefening ook van gesprekspartner wisselen.




                                      BILLY BOB

Slide 6 - Diapositive

Ronde 1:
Leg uit: "Ik ben de Billy. Ik wijs zo iemand aan en zeg 'BillyBillyBob!'. Als je niet 'Bob!' zegt voordat ik uitgesproken ben, word jij de nieuwe Billy”. Doe het eerst een paar keer op half tempo en voer daarna het tempo op.
Ronde 2:
Leg uit: "De Billy mag nu ook alleen maar "Bob" zeggen. Als je aangewezen wordt, mag je niks zeggen. Zeg je wel 'Bob' dan ben je af en word je de Billy."
Ronde 3:
Leg uit: "De Billy mag nu behalve 'BillyBillyBob' en 'Bob', ook 'Olifant' zeggen. Als ik je aanwijs maak je snel een slurf en trompettergeluiden. De mensen aan weerszijden van je maken
Boetseren

Slide 7 - Diapositive

Wat
Boetseer de acteur en experimenteer met non-verbaal gedrag
Hoe
Vraag de deelnemers om de acteur als een levend standbeeld in een bepaalde houding te zetten: hoe kijkt iemand die aandachtig luistert; hoe zit hij; wat voor gebaren maakt hij; wat voor geluiden, etc? Of: hoe ziet 'arrogantie' eruit? Of hoge status, etc?
De deelnemers instrueren de acteur net zo lang tot zij tevreden zijn. De acteur reageert zo letterlijk mogelijk op hun instructies, waardoor ze gedwongen worden exact te formuleren.
Wanneer
om deelnemers bewust te maken van non-verbaal gedrag
ter verkenning van inhouds- en betrekkingsniveau in communicatie.
Tot de volgende les!

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

KNIEËNTIKKERTJE

Slide 9 - Diapositive

Eén van de spelers is de tikker. Alle spelers, ook de tikker, hebben één knie vast met hun tegenoverliggende hand. Dus rechterhand op linkerknie of andersom. De tikker mag alleen tikken op de onbeschermde knie van de andere spelers. Wordt een speler getikt, dan roept hij hard zijn naam en is hij de tikker.


NB Omdat dit een erg vermoeiend tikspel is, kunnen er op een gegeven moment ook twee tikkers zijn.

VERBODEN GETAL

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

LEVEND MEMORIE

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

                                                                                                                                                                                                       00:31

Slide 12 - Diapositive

Start film op 00:31

AFSLUITER
WERELD SONGFESTIVAL VALS ZINGEN

Slide 13 - Diapositive

Alle spelers staan in een halve cirkel. Om beurten mogen de spelers een stukje zingen, maar wel zo vals mogelijk en in Djebber. De laatste speler van de halve cirkel kondigt de eerste zanger aan, dat is de speler aan de andere kant van de halve cirkel. 'Dames en heren, hier is hij dan, helemaal uit Afghanistan, 'Ismet Gabari'. Elke aankondiger verzint een ander land en een naam die bij dit land past. De zanger stapt naar voren en zingt met zijn gezicht naar de kring zo vals mogelijk zijn lied (kort, 4-6 regels). Zo gaat het de hele cirkel af, tot de laatste speler. Deze wordt aangekondigd door de eerste speler uit de cirkel.


Speldoel: aanbod doen in Djebber; Djebberen in duidelijk verschillende talen; durven falen; uitbeelden van je verhaal/lied; angst om te zingen weg nemen.