Nu Nederlands Feiten en Meningen

Welkom bij Nederlands!


1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Welkom bij Nederlands!


Slide 1 - Diapositive

Doel van deze les
  • Je kent het verschil tussen een feit en een mening
  • Je weet wat een argument is 
  • Je weet wat een tegenargument is

Slide 2 - Diapositive

Feiten en meningen

Feit - het is zo
Mening - is wat iemand vindt

Slide 3 - Diapositive

Feit
  • Je kunt controleren of het waar on niet waar is
  • Objectief

Voorbeeld: In het laatste weekend van oktober gaat de klok een uur terug.

Slide 4 - Diapositive

Mening
  • Je kunt het ermee eens of oneens zijn
  • Subjectief

Voorbeeld: Ik vind het fijn dat de klok vorig weekend een uur terug is gegaan.

Slide 5 - Diapositive

Argumenten
  • Je onderbouwt je mening met een argument

  • Een tegenargument gebruik je als je het er niet mee eens bent

Slide 6 - Diapositive

Opdracht
  • Zoek feiten over de voor- en nadelen over het afschaffen van de wintertijd
  • Bedenk 2 argumenten voor het afschaffen
  • Bedenk 2 argumenten tegen het afschaffen
Schrijf de antwoorden voor jezelf op

Ben jij voor of tegen het afschaffen van de zomertijd?

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Welke feiten heb je gevonden?
(wat zijn de voor- en nadelen van de zomertijd?)

Slide 9 - Question ouverte

Argumenten voor het afschaffen van de zomertijd

Slide 10 - Question ouverte

Argumenten tegen het afschaffen van de zomertijd

Slide 11 - Question ouverte

Opdracht
Schrijf een betoog
- Inleiding
- 2 voordelen
- 1 nadeel
- Slot

rkars@rocfriesepoort.nl

Slide 12 - Diapositive

Mijn moeder vindt die film waardeloos.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 13 - Quiz

wat is een argument
A
een argument is bewijsbaar
B
een argument is een reden waarom jij iets vind
C
een oordeel over iets of iemand zonder dat je de feiten kent

Slide 14 - Quiz

Een mening is...
A
objectief
B
subjectief

Slide 15 - Quiz


Het was een leuke vakantie
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Diapositive