deel 1: analyseren

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

deel 1: analyseren

doel: je kunt puntwoorden en doewoorden uit een vraag halen

deel 1: analyseren

• 3 typen vragen
• doewoorden
• puntwoorden
  

3 typen vragen

vragen zonder inleidende context

vragen met relevante inleidende context

vragen met niet relevante inleidende ontext

vraag zonder inleidende context

vraag met relevante context

vraag met niet relevante context

doe woorden

geven een actie aan in de zin:

bv leg uit, beredeneer, vergelijk, beschrijf

puntwoorden

zijn vaak belangrijke begrippen van het vak

ze worden puntwoorden genoemd omdat ze nodig zijn om  punten te verdienen vb hartinfarct,
het kan ook een woordgroep zijn;

bv ontregeling in de hartslagfrequentie

voorbeelden

• Leg uit dat de keimlaag en hoornlaag niet zonder elkaar zouden kunnen bestaan.
• Kleurenblindheid komt bij mannen vaker voor dan bij vrouwen. kleurenblindheid is en eigenschap die ligt op het X-chromosoom. Beredeneer waarom mannen eerder een genetische aandoening krijgen dan vrouwen als deze X-chromosomaal is.
  

voorbeelden

• Leg uit dat de keimlaag en hoornlaag niet zonder elkaar zouden kunnen bestaan.
• Kleurenblindheid komt bij mannen vaker voor dan bij vrouwen. kleurenblindheid is en eigenschap die ligt op het X-chromosoom. Beredeneer waarom mannen eerder een genetische aandoening krijgen dan vrouwen als deze X-chromosomaal is.
  

groepsopdracht ronde 1

leerling 1 leest de vraag hardop voor

nr. 1 omcirkeld het doewoord

nr. 2,3 en 4 onderstrepen op eigen papier de puntwoorden

ga in overleg wat de juiste doe en puntwoorden zijn

nr. 1 noteerd dit op het inleverblad en leverd dit in.

GEEN ANTWOORD GEVEN OP DE VRAAG!!!

groepssamenstelling

nodig:groepen van 4 leerlingen, 4x papier met 6 examenvragen

maak groepen van 4 lln. zorg dat deze op niveau zijn. dus goede lln. bij elkaar, zwakke lln. bij elkaar en middenmoot bij elkaar

examenvragen moeten toepassingsvragen zijn

PER RONDE NAKIJKEN!?

ronde 2

nr. 2 krijgt nu de taak van nr. 1

leerling 1 leest de vraag hardop voor
nr. 1 omcirkeld het doewoord
nr. 2,3 en 4 onderstrepen op eigen papier de puntwoorden
ga in overleg wat de juiste doe en puntwoorden zijn
nr. 1 noteerd dit op het inleverblad.

GA ZO DOOR TOT ALLE 6 VRAGEN ZIJN BEHANDELD

en dan nu...

mogen jullie eindelijk de vragen gaan beantwoorden!

(HW)

volgende x: deel 2 uitleggen

mentimeter

in mentimeter staat ook nog een opdracht

bij welk deel dit hoort ??? 1,2,of 3?