2. De plaats op aarde en de temperatuur

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Hoofdstuk 2
Weer + klimaat

Paragraaf 2. 
De invloed van de zon /  de plaats op de aarde en de temperatuur.

Leerdoelen 

BK KGT TH HV

• Je weet hoe dag en nacht ontstaan

• Je weet waarom het bij de evenaar warmer is dan bij de polen

• Je weet hoe seizoenen ontstaan

• Je kent het verschil tussen weer en klimaat

Dag en nacht

Weer 

= momentopname van de toestand van de atmosfeer

Kijkt naar:

• temparatuur
• neerslag
• wind

Klimaat

= het gemiddelde weer berekend over 30 jaar

Kijkt naar: 

• zomertemperatuur
• wintertemperatuur
• neerslag in het jaar 

Weer 

- plaatselijk.

- veranderlijk . 

Klimaat 

- gaat over een groot gebied.

- geldt voor een lange periode (30 jaar).

Atmosfeer

Wordt ook wel dampkring genoemd

10 km dikke luchtlaag rond de aarde 

Welk verschil zie je tussen A en C?

Bekijk de afbeelding.

Welk stukje is warmer?

geef nu twee redenen waarom het op de ene plek warmer is dan op een andere plek!

de zon staat loodrecht op het noordelijk halfrond

Weer of klimaat?

Morgen wordt het mooi weer. 25 graden en af en toe een klein buitje.

1. Weer
2. Klimaat

Het klimaat is ..........................

1. Het gemiddelde weer in een groot gebied
2. Het gemiddelde weer in een klein gebied

Het klimaat = het gemiddelde weer gemeten over...

1. 5 tot 10 jaar
2. 40 tot 50 jaar
3. 30 tot 40 jaar
4. 20 tot 25 jaar

Wat is het verschil tussen weer en klimaat?

1. Het is het zelfde
2. Het weer is klimaat over een lange periode
3. Het klimaat is weer over lange periode
4. Het klimaat is weer over lange periode + groot gebied

Wat duurt langer

1. weer
2. klimaat

Wat is een verschil tussen weer en klimaat?

1. periode van meten
2. klimaat gaat over kleiner gebied
3. weer is de gemiddelde toestand van de lucht
4. weer gaat over neerslag en klimaat niet

BK en KGT. 
Aan het werk in stilte.

BK: H2§2 van je tekstboek (p. 40) , maak WB H2§2 BK (p. 32).
KB: Maak de opdrachten van H2§2 (p. 96).

Je gaat in stilte aan het werk. Begrijp je een opdracht, ga eerst verder met de volgende opdracht. Zodat je er later een vraag over kan stellen. 

Breedteligging

Breedteligging = de afstand van een plaats tot de evenaar.  

Keerkringen 

• Kreeftskeerkring
  
• Evenaar
  
• Steenbok
  

Waarom zijn deze zo belangrijk?

Waarom zijn deze keerkringen zo belangrijk? 

Breedteligging

Welke relatie tussen luchtstreken en keerkringen?

Wat bedoelen we met breedteligging?

1. Een cirkel die plaatsen van gelijke breedteligging verbindt
2. De plek waar de breedste rivier ligt
3. een cirkel die twee plaatsen met elkaar verbindt
4. De plek waar je een plaats kunt vinden.

Breedteligging zegt iets over hoe ver een plaats ligt ten opzichte van de evenaar.

1. Juist
2. Onjuist

De belangrijkste klimaatfactor is:

1. hoogte
2. invloed zee
3. wind
4. breedteligging

Breedteligging en temperatuur hebben niks met elkaar te maken

1. Waar
2. Niet waar

Leerdoelen 

BK KGT TH HV

• Je weet hoe dag en nacht ontstaan

• Je weet waarom het bij de evenaar warmer is dan bij de polen

• Je weet hoe seizoenen ontstaan

• Je kent het verschil tussen weer en klimaat

Wat moet je nu kunnen en kennen? 

Je moet alle begrippen kunnen uitleggen. 

Je moet de lesdoelen kunnen beantwoorden.

Je moet een samenvatting of een mindmap kunnen maken.