Je kunt de belangrijkste ideeën van Karl Marx uitleggen.
Je kunt enkele indirecte oorzaken benoemen van de Russische revolutie.
Je kunt uitleggen hoe de Russische revolutie verliep.
1 / 40
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
Cette leçon contient 40 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
Éléments de cette leçon
Vorige keer
Je kunt de belangrijkste ideeën van Karl Marx uitleggen.
Je kunt enkele indirecte oorzaken benoemen van de Russische revolutie.
Je kunt uitleggen hoe de Russische revolutie verliep.
Slide 1 - Diapositive
Wat zijn Bolsjewieken?
A
De aanhangers van Karl Marx
B
De aanhangers van Lenin
C
Een ander woord voor adel
D
De achternaam van Lenin
Slide 2 - Quiz
De bedenker van communisme was?
A
Marx
B
Lenin
C
Stalin
D
Kautsky
Slide 3 - Quiz
Welke gebeurtenissen ontstonden door de februarirevolutie?
A
Er ontstond een economische crisis
B
De Bolsjewieken kregen alle macht in handen
C
De tsaar moest afstand doen van de troon
D
De Sovjet Unie werd een eenpartijstaat
Slide 4 - Quiz
Welke volgorde van Russische leiders van vroeger naar later is juist?
A
Tsaar - Stalin - Lenin
B
Lenin - Stalin - Tsaar
C
Tsaar - Lenin - Stalin
D
Stalin - Lenin - Tsaar
Slide 5 - Quiz
Deze keer: Leerdoelen
Je kunt een beschrijving geven van de economie en samenleving in de SU.
Je kunt uitleggen wat de Grote Terreur inhield.
Je kunt uitleggen dat communisme een internationale beweging was.
Slide 6 - Diapositive
Visie Marxisme: De communistische revolutie wordt door de arbeidersklasse geleid.
Visie Leninisme: De communistische revolutie wordt door de partij geleid.
Visie Stalinisme: Communisme met één man als leider (Stalin zelf).
Slide 7 - Diapositive
Nieuwe Economische Politiek
Na de burgeroorlog...
Door de revolutie en burgeroorlog was er hongersnood ontstaan:
economie moest hersteld worden.
Poging van de communistische regering: Nieuwe Economische Politiek (NEP)
Boeren mogen weer deel van hun productie verkopen op de vrije markt.
Kleine particuliere bedrijven werden weer toegestaan
Banken en grote bedrijven (industrie) blijven wel in handen van de staat.
Dit was een succes: er ontstond welvaart.
Slide 8 - Diapositive
In maart 1919 werd Stalin als één van de vijf leden van het bestuur van de Communistische Partij gekozen. In april 1922 werd hij secretaris-generaal van de partij.
Slide 9 - Diapositive
Lenin overlijdt in 1924. In zijn testament zegt hij dat Stalin niet geschikt is als opvolger!
Slide 10 - Diapositive
Stalin wist dat Lenin de voorkeur gaf aan anderen om het land te leiden.
Deze tegenstanders werden in een machtsstrijd, letterlijk, uit de weg geruimd.
Stalin zal het economisch achtergebleven land snel industrialiseren
en de Sovjet-Unie laten uitgroeien tot een wereldmacht.
Maar dit had een erg hoge prijs..
Het land werd een totalitaire staat met Stalin als dictator
Slide 11 - Diapositive
Stalin, de opvolger van Lenin
In 1924 volgt Stalin Lenin op
Ook wel 'man van staal' genoemd
Zijn vorm van het communisme heet Stalinisme
Terreur, hij moordt zijn tegenstanders uit
Besloot van de Sovjet-Unie een industriële supermacht te maken.
Slide 12 - Diapositive
Video
Josef Stalin, leider van de Sovjet-Unie (1878-1953) (1:41)
Introductie op het onderwerp
Vraag: met welke twee ideeën wilde Stalin een moderne industriële samenleving bereiken in Rusland?
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Vidéo
Met welke twee ideeën wilde Stalin een moderne industriële samenleving bereiken in Rusland?
Slide 15 - Question ouverte
Stalinisme
Planeconomie
Onder Stalin werd de Sovjet-Unie een planeconomie.
De staat besliste wat én hoe er moest worden geproduceerd (vijfjarenplan).
Kwantiteit was belangrijker dan kwaliteit
Grote opbouw van zware industrie: ijzer en staal + steenkolen- en ijzermijnen. Snelle industrialisatie: in tien jaar veranderde de Sovjet-Unie in een industriële samenleving.
Slechte omstandigheden: lange uren, onhygiënisch, slecht weer.
Stalin wil aantonen dat de Sovjet-Unie een machtiger land was dan de kapitalistische landen met hun vrije markt-economie.
Slide 16 - Diapositive
Collectivisatie
Vanaf 1928: boeren moesten hun grond afstaan.
Om de snel groeiende stedelijke bevolking te kunnen voeden moest de landbouw meer opbrengen: kleine boerenbedrijfjes werden opgeheven --> reusachtige agrarische ondernemingen.
Tractoren en moderne werktuigen.
Slide 17 - Diapositive
Collectivisatie in de landbouw
Collectivisatie in de landbouw: Kolchozen (grote landbouwbedrijven) kregen de grond van kleine boeren. Boeren moesten gezamenlijk de grond bewerken en de opbrengst voor een vaste prijs aan de staat verkopen.
Zo kunnen de boerderijen meer en goedkopere produceren leveren aan de staat, kon de opbouw van industrie van worden betaald.
Slide 18 - Diapositive
Collectivisatie
Opstanden: verstoppen van graan en slachting van vee.
Boeren en arbeiders die zich tegen de collectivisatie verzetten werden vermoord of gedeporteerd naar Siberië.
Collectivisatie leidde in 1932-1933 tot een enorme hongersnood.
Collectivisatie: samenvoeging van privé boerderijen in grote gemeenschappelijke landbouwbedrijven
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Er komen 4 quizvragen aan...
Slide 22 - Diapositive
NEP is een voorbeeld van...
A
Privatisering (eigen bezit)
B
Collectivisatie (eigendom van staat)
Slide 23 - Quiz
Wat hoort NIET bij de planeconomie van Stalin?
A
vijfjarenplan
B
NEP
C
collectivisatie van de landbouw
D
industrialisatie
Slide 24 - Quiz
Welk begrip past er bij de afbeelding?
A
Collectivisatie
B
Strafkamp
C
Eigendom
D
Planeconomie
Slide 25 - Quiz
Welke begrippen horen bij de bron?
A
censuur en totalitair
B
censuur en zuivering
C
collectivisatie en totalitair
D
collectivisatie en zuivering
Slide 26 - Quiz
Stalinisme
Snelle industrialisatie en collectivisatie van landbouw
Geheime politie en verzet collectivisatie leidde naar strafkampen
Censuur en propaganda
Persoonsverheerlijking
Totalitaire staat
Stalinisme: extreme onderdrukking en verering van één machtige leider.
Slide 27 - Diapositive
Persoonsverheerlijking
Om het volk te laten zien dat hij de beste leider voor het beste volk, in het beste land was, liet Stalin zich graag afbeelden als een geweldige leider: een vader voor het volk.
Dit heet persoonsverheerlijking
Slide 28 - Diapositive
Komsomol: de jongerenorganisatie van de Sovjet-Unie
Al het goede kwam van vadertje Stalin!
Slide 29 - Diapositive
Verheerlijking van
arbeiders en boeren
De Sovjet-Unie is een land van arbeiders en boeren, dit zijn de helden van het
land!
Overigens leek dit in propaganda veel mooier dan de realiteit was...
Slide 30 - Diapositive
Stalin gebruikte alles om zijn macht in het land te vergroten en te behouden, zoals censuur.
Stalin bepaalde wat er in de kranten én de geschiedenisboeken kwam te staan: vroegere medestanders werden 'er uit geschreven'
Indoctrinatie
Slide 31 - Diapositive
De Grote Zuivering
Stalin zag overal tegenstanders, vooral in mensen die
een belangrijke rol in het bestuur of leger hadden.
Tussen 1934 en 1938 laat Stalin rond de 1 miljoen
'tegenstanders' oppakken en veroordelen.
De Sovjet-Unie wordt zo 'gezuiverd'.
Slide 32 - Diapositive
Goelag
Miljoenen 'tegenstanders' kwamen terecht in een Goelag, een strafkamp.
In deze 'opvoedingskampen' moesten de gevangenen, onder zeer zware omstandigheden, dwangarbeid verrichten.
Iedereen die werd aangegeven bij de geheime politie kon ook familie zijn werd zonder proces gevangengezet.
Slide 33 - Diapositive
Er komen 4 quizvragen aan...
Ter herhaling
Slide 34 - Diapositive
Hongersnood
Tegenstanders
Terreur
Goelag
Persoonsverheerlijking
Slide 35 - Question de remorquage
Wat past niet bij het Stalinisme?
A
schijnprocessen
B
totalitaire staat
C
vijjarenplannen
D
vrije markteconomie
Slide 36 - Quiz
Het opstellen van vijfjarenplannen hoort bij...
A
nieuwe economische politiek
B
de planeconomie
C
collectivisatie
D
zuiveringen
Slide 37 - Quiz
Welke kenmerken van het stalinisme zijn te herkennen op het plaatje?