H 5 Brug 1 en Brug 2 Grenzen en identiteit

H 5 Brug 1 Grenzen
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

H 5 Brug 1 Grenzen

Slide 1 - Diapositive

Wat is een grens?

Slide 2 - Question ouverte

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

De Nederlandse grenzen
Voor langere tijd zijn de Nederlandse grenzen al soeverein. 

Wat is soeverein?
Zelfstandig en onafhankelijk, met eigen wetten en regels.

Slide 5 - Diapositive

Nederland
bestaat uit
1. Territorium (land)
2. Territoriale wateren (zee 22km uit de kust)
3. Luchtruim (lucht boven het land)

Slide 6 - Diapositive

Luchtruim

Slide 7 - Diapositive

Zelfstandigheid en onafhankelijkheid. De andere landen erkennen dit alleenrecht.
12 zeemijl (22 kilometer) van de zee die bij NL hoort
Al het land en water dat binnen de landsgrenzen ligt. 
Territoriale wateren
Soevereniteit 
Territorium

Slide 8 - Question de remorquage

Waaruit is het territorium van een land opgebouwd?

Slide 9 - Question ouverte

Wat is een territoriale water?
A
Een grens in het water.
B
Een grens door het water waar hekken voor staan.
C
Een grens die bij allebei de landen hoort.
D
Een grens die door heel Europa loopt

Slide 10 - Quiz

Wat is dan wel de grens van de territoriale wateren?
A
12 km vanuit de kust
B
20 km vanuit de kust
C
22 km vanuit de kust
D
2 km vanuit de kust.

Slide 11 - Quiz

Wat hoort niet bij het begrip Territorium?
A
Land
B
Taal
C
Water
D
Luchtruim

Slide 12 - Quiz

Mensen horen op drie manieren bij een land:


1. Politiek
2. Economisch
3. Sociaal-cultureel

Slide 13 - Diapositive

Politiek
Economisch
Sociaal-cultureel
De inwoners mogen bij verkiezingen hun stem uitbrengen.
Mensen spreken dezelfde taal, hebben dezelfde gewoonten...
Mensen werken in een land en betalen hun belastingen.

Slide 14 - Question de remorquage

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Soms vinden mensen hun regionale identiteit
belangrijker dan de nationale identiteit:
regionalisme.

Lokale identiteit:
Je voelt je bijvoorbeeld een........................


Als je je lokale identiteit belangrijker vindt dan je
regionale en nationale identiteit noem je dat
lokalisme.

Seperatisme?

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Lees in je tekstboek 3.1 en 3.2

timer
5:00

Slide 24 - Diapositive

Wat is een identiteit?

Slide 25 - Question ouverte

Wat hoort er bij de Nederlandse identiteit?

Slide 26 - Question ouverte

Wat is het verschil tussen regionalisme en lokalisme?

Slide 27 - Question ouverte

Wat is een ander woord voor:
Verdraagzaamheid
A
Acceptatie
B
Tollerantie
C
Intolerantie
D
Nemen zoals het is

Slide 28 - Quiz

Wat zijn de territorale wateren?

Slide 29 - Question ouverte

Wat is het verschil tussen harde (gesloten) en zachte (open) grenzen?

Slide 30 - Question ouverte

Bij welk cultuurgebied hoort Nl?

Slide 31 - Question ouverte

Vul de belangrijkste cultuurelementen van Nl in:
taal:
religie (geloof)
gewoonten (2x)

Slide 32 - Question ouverte

De grenzen tussen de provincies zijn altijd kunstmatige grenzen.

A
Juist
B
Onjuist

Slide 33 - Quiz

Het spelen van Wilhelmus als het Nederlandse elftal speelt, is een voorbeeld van regionalisme.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 34 - Quiz

Omdat grote gemeente beter te besturen zijn, worden kleine gemeente samengevoegd.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 35 - Quiz

Veel inwoners zijn voor samenvoeging van gemeenten. Dit heet lokalisme
A
Juist
B
Onjuist

Slide 36 - Quiz

Hier zien we een voorbeeld van regionalisme.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 37 - Quiz

Wat is regionalisme?
A
Het streven naar autonomie
B
Zelfbestuur
C
Een regio worden
D
Het streven naar afscheiding

Slide 38 - Quiz

Tekst
 Soeverein land: het is een zelfstandig en onafhankelijk land.
Tekst

Slide 39 - Diapositive