De bijwoordelijke bepaling:
geeft antwoord op vragen als waar, wanneer, waarom, hoelang, waarheen, waarvandaan, hoe, en waarmee
begint vaak met een voorzetsel.
Er kunnen meerdere bijwoordelijke bepalingen in een zin staan.
Voorbeeld:
Op zondagavond | speel | ik | regelmatig | met veel plezier | een potje Cluedo I bij mij thuis.