WOORDEN - OPDRACHTEN - Thema verliefd - DAG 4

• NT2
• Speciaal Onderwijs
• Leerroute 2

Thema 6 Verliefd zijn

Verliefd zijn

kennen

• weten 
• weten wie of wat
• werkwoord
• ik ken - wij kennen
• zin: Ik ken dat meisje niet.
• zin: Wij kennen alle woorden van het thema.

lachen

• vrolijk geluid
• als iets grappig/leuk is
• werkwoord
• ik lach - wij lachen
• zin: Zij lacht niet altijd om zijn grapjes. 

lang (tijd)

• een hele tijd 
• zin: Het is lang geleden dat ik mijn familie heb gezien.
• zin: Ik moet lang op mijn beurt wachten.

de maand

• deel van het jaar 
• 12 
• de maand - de maanden
• zin: Februari is de tweede maand.
• zin: De baby is al 5 maanden.

de mens

• de persoon 
• de mens - de mensen
• zin: Zij is een lief mens.
• zin: Ik zie veel mensen in het centrum van de stad.

Wij ................ alle woorden heel goed.

4

1. lachen
2. mensen
3. kennen
4. langen

Maak een goede zin
met het woord: mens

4

Schrijf de 12 maanden op.

4

4

Waar lach jij om?

4

Het is niet kort maar heel .........

Leerlingen ....... als de juf
Arabisch praat.

4

1. kennen
2. lachen
3. kenen
4. laggen

6

Wat hoort er bij elkaar?

lachen

probleem