Hoofdstuk 5 par 4.1 t/m 4.7

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

2HC

2THF

Doel van deze les

Grafische toepassing van lineaire vergelijkingen

Twee lineaire vergelijkingen

y = 2x + 4

y = x + 6

Grafiek tekenen op  papier

Kies twee makkelijke punten, vul voor x bijvoorbeeld 0 en -2 / -6 in. 

Bij 0 heb je het snijpunt met de y-as

Bij -2 / -3 heb je het snijpunt met de x-as

y = 2·0 + 4 = 4       &      y = 2· -2 + 4 = 0

y = 0 + 6 = 6     &     y = -6 + 6 = 0

(Andere makkelijke punten mogen ook!

Lijnen snijden elkaar in het punt (2 ; 8)

Dit kan ook op een andere manier!

We hebben eerder lineaire vergelijkingen opgelost, dan zoeken we voor welke waarde van x is de vergelijking kloppend.

Vergelijkingen aan elkaar gelijkstellen

 2x + 4 = x + 6

(2x-x)+(4-4) = (x-x) + (6-4)

x = 2

Wanneer we x = 2 invullen in de lineaire vergeliking krijgen we als uitkomst : y = 2·2 +4 = 8    of    y = 2+ 6 = 8

De lijnen snijden elkaar dus in punt ( 2 ; 8 )  

x berekenen wanneer y bekent

lineaire vergelijking 

y= 4x +12

Stel y is bekent, bijvoorbeeld 28.

28 = 4x +12

4x = 16 (28-12)

x = 4

Dus bij x is 4 is y 28! (reken maar na)

Doel van deze les

Grafische toepassing van lineaire vergelijkingen

Ga je zelf werken?

De eerste 6 minuten werken we rustig!

• Fluisteren met je buurman of buurvrouw.
• Ik beantwoord geen vragen.
• Probeer het zelf/samen op te lossen