Functies drama

Goedemiddag!
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
DramaMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Goedemiddag!

Slide 1 - Diapositive

Doel
Jullie leren deze les over verschillende functies van theater
Jullie leren in deze les (over) verbale en non verbale middelen te gebruiken
Jullie spelen een korte scene waarin de functie zichtbaar is.

Slide 2 - Diapositive

Noem een functie van theater.

Slide 3 - Carte mentale

Functies van theater
Er zijn 4 functies van theater in de maatschappij:
  1. INFORMEREN/LEREN: bijv. educatief kindertheater over dieren
  2. AMUSEREN: bijv. vertellen van een mop voor de klas
  3. OVERTUIGEN (mening): bijv. maatschappij- kritisch cabaret
  4. OVERHALEN (doen): bijv. een reclame

Slide 4 - Diapositive

Non-verbaal  en verbaal spel

  • Op 5 manieren met het lichaam (non-verbaal)
  • Op 7 manieren met de stem (verbaal)

Slide 5 - Diapositive

non-
verbaal 
(5x)
verbaal
(7x)
beweging
gebaren
handeling
lichaams-houding
mimiek
accent
klemtoon
pauzering
tempo
toonhoogte
volume
woordkeuze

Slide 6 - Question de remorquage

Verbale 
expressie met stem:
  • accent
  • klemtoon (nadruk)
  • pauzering
  • tempo
  • toonhoogte
  • volume
  • woordkeuze
Non-verbale expressie met het gebruik van het lichaam:
  • Mimiek
  • Gebaren
  • Bewegingen
  • Lichaamshouding
  • Handeling

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Welke functie heeft deze voorstelling?
A
informeren / leren
B
amuseren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 9 - Quiz

vraag
Wat zie je aan non-verbaal spel?
Wat is kenmerkend aan zijn verbale spel?

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Welke functie heeft deze voorstelling?
A
informeren / leren
B
amuseren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Vidéo

Welke functie heeft deze voorstelling?
A
informeren / leren
B
amuseren
C
overtuigen
D
overhalen

Slide 14 - Quiz

vraag
Wat zie je aan non-verbaal spel?
Wat is kenmerkend aan zijn verbale spel?

Slide 15 - Diapositive

Op de vloer 
Opdracht:  
- maak groepjes van 2-5  personen
- maak een korte SCENE van ongeveer 3 minuten met een functie die hierboven besproken hebben.
- presenteer de SCENE voor de klas 
- de rest van de klas bedenkt welke functie is gebruikt en legt uit waarom!

1) informeren/leren
2) amuseren
3) overhalen
4) overtuigen

Slide 16 - Diapositive

Waar denk je aan bij het presenteren?
Spelgegevens? wie, wat, waar
Spel = alles wat de acteurs doen, niet wat ze zeggen!
a. non-verbale uitingsmogelijkheden: (mimiek, gebaren, houding)
b. verbale uitingsmogelijkheden (taalgebruik, stemgebruik)

d. speelstijl 
e. mis-en-scene
Enscenering = 
alles wat in het toneel beeld te zien is - alles wat onder speel valt.

Slide 17 - Diapositive