Havo 5 Nectar 12.2

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Biologie

Paragraaf 12.2

 

Deze periode (SE3)

Deze periode (SE3)

Deze periode (SE3)

opperhuid

lederhuid

onderhuids bindweefsel

De huid bestaat uit verschillende lagen. In welk laag liggen de zintuigencellen?

1. Hoornlaag
2. Kiemlaag
3. Lederhuid
4. Onderhuidse bindweefsel

Lederhuid

Opperhuid

Kiemlaag

Onderhuids bindweefsel

Hoornlaag

De Taxus is super giftig. De bast is giftig, de bladeren zijn giftig, zelfs het stuifmeel is giftig. Dit is een voorbeeld van...

1. Mechanische afweer
2. Chemische afweer
3. Signaalstoffen als afweer

Hiernaast zie je een voorbeeld van...

1. Mechanische afweer
2. Chemische afweer
3. Signaalstoffen als afweer

Mensen maken ook gebruik van mechanische en chemische afweer. Wat is een voorbeeld van chemische afweer?

1. Huid
2. Vloeistofstroom in urinewegen
3. Maagzuur
4. Slijmlaag in neusholte

warm

koud

rode huid

bleke huid

zweet

rillen

haartjes  rechtop

haartjes  liggen

Het vocht van de Reuzenberenklauw kan (in UV-licht) brandblaren veroorzaken. Dit is:

1. Mechanische afweer
2. Chemische afweer
3. Specifieke afweer
4. Algemene afweer

De huid heeft 3 taken.
Wat is GEEN taak van de huid?

1. lichaam op temperatuur houden
2. beschermen tegen vuil en ziekteverwekkers
3. beschermen tegen giftige gassen uit de lucht
4. beschermen tegen de zon

Het is koud. Wat gebeurt er met de bloedvaten in je huid en met de haartjes op de huid?

1. Bloedvaten -> wijder Haartjes -> rechtop
2. Bloedvaten -> nauwer Haartjes -> rechtop
3. Bloedvaten -> wijder Haartjes -> plat
4. Bloedvaten -> nauwer Haartjes -> plat

Leerdoelen 12.1

Leerdoelen 12.2

Afweer: aangeboren (niet-specifiek)

• eerste barrière: de huid
  
• tweede barrière: fagocyten (macrofagen)
  

BiNaS 84J3

Antibiotica

Antibiotica resistentie

Waartegen werkt antibiotica?

1. Alle ziekteverwekkers
2. Bacteriën en virussen
3. Alleen virussen
4. Alleen bacteriën

Wat is resistentie tegen antibiotica?

1. Het ongevoelig worden van je lichaam voor een ziekteverwekker
2. Het ongevoelig worden van je lichaam voor antibiotica
3. Je lichaam produceert antistoffen tegen een bepaalde ziekteverwekker
4. Het ongevoelig worden van een ziekteverwekker voor bepaalde antibiotica

Leerdoelen 12.2

Aan het werk

• Lezen 12.3 (5 min!)
  
• Maken 12.2: opdracht 21, 22, 26-28 + extra BiNaS vragen