5.1 Sensing your surrounding

translations Unit 4 

stimuli (=prikkels ; iets in de omgeving dat je kan waarnemen)
odour = geur 
receptor = ontvanger 
perceive = waarnemen / bewustworden
impulses = impulsen (stroompjes in zenuwcel)
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

translations Unit 4 

stimuli (=prikkels ; iets in de omgeving dat je kan waarnemen)
odour = geur 
receptor = ontvanger 
perceive = waarnemen / bewustworden
impulses = impulsen (stroompjes in zenuwcel)

Slide 1 - Diapositive

Lesson Goals
You can describe how the senses work.
You are able to list the senses along with their locations and their stimuli.

Slide 2 - Diapositive

Wat gebeurt er als je hiernaar kijkt?
Kitaoka Akiyoshi CC.

Slide 3 - Diapositive

H5: sensing / perceiving your environment

Slide 4 - Diapositive

7 life processes

Slide 5 - Diapositive

How do we sense our
environment?

Slide 6 - Carte mentale

Test theme 5 - Sensing / perceiving
Basisstof 1 -  Sensing / perceiving your environment
Basisstof 2 - Touch, smell, taste
Basisstof 3 - Hearing and sight
Basisstof 4 - The nervous system

Slide 7 - Diapositive

New Unit 5: 
Perceiving the environment

Learning goals 5.1 

  • What is perceiving?
  • How can we sense the environment?

Slide 8 - Diapositive

Perceiving your environment

Slide 9 - Diapositive

Senses in the human





Sense (zintuig) = "meetapparatuur"/ receptor om de omgeving mee waar te nemen.   All senses = sensory system

Slide 10 - Diapositive

Senses
In the senses are sensory cells, they are connected to nerve cells (that send              impulses 
towards the brain)

Slide 11 - Diapositive

Perceiving and reacting to the environment


stimuli - (impuls)->   Perception   -(impuls)->    Reaction    
(effect)      


 

Slide 12 - Diapositive

What happens with stimuli?
Stimuli are sensed by sensory cells
They produce impulses

The impulses  ('seintjes')
go towards and from the brain

Slide 13 - Diapositive

Wat gebeurt er als je hiernaar kijkt?
Kitaoka Akiyoshi CC.

Slide 14 - Diapositive

translations Unit 4 

stimuli (=prikkels ; iets in de omgeving dat je kan waarnemen)
odour = geur 
receptor = ontvanger 
perceive = waarnemen / bewustworden
impulses = impulsen (stroompjes in zenuwcel)
conduct = geleiden (stroom)
gentle contact (skin) = zachte aanraking

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Brain
Regions for tasks (senses)

Slide 17 - Diapositive